Anders bekeken

De laatste solosprint bergaf

Anders Bekeken: Engel (2018) van Koen Mortier

De laatste solosprint bergaf

In zijn derde langspeelfilm ‘Engel’ waagt regisseur Koen Mortier zich (deels) aan de dood van wielerlegende Frank Vandenbroucke, een gevallen held die troost zocht in de armen van een Senegalese prostituée en drugs. Het resultaat is een poëtisch dubbelportret dat in het wiel van de eenzaamheid hangt, de heldenromantiek ver achter zich latend. 

Boudewijn De Groot vroeg het zich ooit al af: Hoe sterk is de eenzame fietser die – kromgebogen over zijn stuur, tegen de wind – zichzelf een weg baant? Wie Frank Vandenbroucke eind jaren ‘90 op zijn fiets of op televisie zag, dacht: héél sterk. Wie de gevierde coureur – of toch iemand die op hem lijkt – in ‘Engel’ ziet, het poëtische drama dat Koen Mortier destilleerde uit Dimitri Verhulsts novelle ‘Monoloog van iemand die het gewoon werd tegen zichzelf te praten’ (2011), denkt: héél breekbaar.

“Engel’ fietst op de dunne lijn tussen feit en fictie.”

In zijn derde langspeelfilm zoomt Mortier immers op de laatste nacht van de tragische renner in, die hij 12 oktober 2009 beleefde met een Senegalese prostituée alvorens moederziel alleen in een armetierig hotel te sterven. Dat zowel Mortier als Verhulst benadrukken dat de film niet over Frank Vandenbroucke gaat – in de film heet hij Thierry Brasfort – en het géén biografie is maar wél gebaseerd is op waargebeurde feiten, toont alvast mooi hoe ‘Engel’ op de dunne lijn tussen feit en fictie fietst.

Maar ook: hoe de renner die evenwichtsoefening tijdens zijn turbulente leven reeds uitoefende. In dit portret wordt Vandenbroucke immers afgebeeld als iemand die na een blessure klem komt te zitten tussen wie hij wil zijn, wie hij moet zijn en wie hij écht is.

En dat is: een eenzame, gevallen engel.

Gevallen engel

Met zulke neergangsverhalen weet Koen Mortier wel raad. In zijn etterende debuut ‘Ex-drummer‘ (2007) – naar een boek van Herman Brusselmans – is Mortier immers ook al getuige van hoe een succesvolle schrijver als zanger in een punkband voor mindervaliden naar de zelfkant van de samenleving verglijdt, een nihilistische plek die hij tot leven wekt met bijtende galgenhumor, ontmenselijking en een beeldtaal die doet denken aan die van de meest radicale Europese cineasten.

“Het lijkt alsof ze elkaar enkel overlappen in hun eenzaamheid.”

Voor ‘Engel’ polijstte hij zijn brutale visuele stijl om het liefdesverhaal van Thierry (een intense Vincent Rottiers) en de Senegalese courtisane Faë (een bedwelmende Fatou N’Diaye) in bloedrode sfeerbeelden, bezwerende droomsequenties en loensende close-ups te vertellen. Hierdoor krijgt ‘Engel’ een nostalgische, met spijt beladen toon die al meteen ongeluk verraadt vanaf het moment dat Thierry Faë voor het eerst ziet, in een Senegalees restaurant. De zelfbewuste schone aan de toog valt hem meteen op. Hij trakteert haar en haar vriendin.

“Het zijn prostituées,” zegt één van de obers. Dat maakt voor Thierry niets uit. Hij kijkt voorbij dat label, iets waar ook Faë niets van moet weten. Ze is een gazelle, meent ze. Géén hoer. Al snel ontdekt het tweetal dat ze elkaar aanvullen want de ene zoekt liefde, de andere geeft het. De ene verprutst zijn lichaam om zijn fans tevreden te houden, de andere verzorgt het hare om haar klanten niet teleur te stellen. De ene wil zich in Senegal als een onbekende kunnen verstoppen, de andere wil naar Europa trekken om daar bekend te worden. Het lijkt alsof ze elkaar enkel overlappen in hun eenzaamheid.

Dartelende gazelle

“We zijn allemaal hoeren,” zegt Thierry wat later op de avond. Beiden bieden ze immers hun lichaam aan voor geld, voor vertier en voor vluchtige roem. De prijs die hiervoor betaald moet worden, brengt ‘Engel’ broeierig en met visueel vernuft in beeld: van drank en drugs tot onzekerheid, faalangst en eenzaamheid. Niets ontbreekt.

“Faë groeit doorheen de film tot titelpersonage uit.”

Hoewel dat thema’s zijn die zo vaak opduiken bij tragische helden en de films erover – kijk maar naar Gus Van Sants ‘Last Days’ (2005), gebaseerd op de laatste dagen van grunge-icoon Kurt Cobain – manoeuvreert Mortier ‘Engel’ toch vlot van de platgereden paden, net door de prominente aanwezigheid van die veerkrachtige Faë. Zij geeft Thierry’s neergangsverhaal tegenwicht en kleurt zijn eenzaamheid geloofwaardigheid in. Zo groeit ze doorheen de film tot titelpersonage uit. Want zij is de engel waarvan sprake in de titel, niet hij. Hij was al gevallen toen hij naar Senegal trok, zij heeft ‘m enkel begeleid in zijn eenzame tocht naar de dood. Als een sierlijke gazelle, dartelend.

‘Engel’ van Koen Mortier is vanaf 19 september in de bioscoop te zien.

Schrijf je reactie

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen