Column

Navelstaren

Navelstaren

Rond mijn achttiende was ik tien kilo lichter dan vandaag. Ik droeg dat ene jaar van mijn leven meestal een maat 34, dichter ben ik nooit gekomen bij een modellenlichaam, en als ik dan een keer in een winkel kwam waar ik niet de kleinste maat had, stapte ik doodleuk terug naar buiten. Ik was allesbehalve gelukkig met mijn lijf.

Het probleem was niet dat mij als meisje een onbereikbaar schoonheidsideaal werd opgedrongen door de reclamewereld. Het probleem was juist dat het wél bereikbaar was. Wie niet in de buurt komt van de ideale maten, weet dat het om een onrealistisch droombeeld gaat en begint er niet aan. Maar als het binnen handbereik ligt, denk je: ik ben er bijna, ik ben er bijna, maar toch niet helemaal. Of toch niet op lange termijn. Want je kan niet op dieet blijven. Ik besefte wel dat het niet helemaal goed zat, met mijn zelfbeeld. Want in die periode – ik was een jaartje gestopt met studeren en lag in de knoop met mezelf – ging ik af en toe praten met een therapeute die zelf mollig was, maar ik heb haar nooit durven vertellen dat ik moeite had met mijn gewicht. Ik dacht dat ze het toch niet zou kunnen begrijpen, dat een halve maat groter me ongelukkig maakte.

Had je mij toen verteld dat ik later met een maat 38, en ja zelfs met een maat 40, door het leven zou moeten, dan had ik je vol afgrijzen aangekeken. Zou ik liever wat minder wegen? Ietsje, misschien. Maar dan vooral omdat ik nog zoveel mooie kleren heb waar ik niet meer in pas en die me veel geld hebben gekost. Eerlijk, ik had nooit gedacht dat het me zo weinig zou kunnen schelen. Een groter lichaam went sneller dan je denkt. De meeste mannen zijn minder kieskeurig dan jij en wie dat niet is, is de moeite niet waard – al is dat laatste natuurlijk gemakkelijker gezegd als je al in een fijne relatie zit.

Wanneer beslis je als meisje precies dat je niet voldoet? Op welk moment wordt je lichaam een bron van ongenoegen in plaats van genot?

Vandaag heb ik vooral spijt van al dat gepieker over mijn lichaam. Over navelstaarderij gesproken. Al die verloren tijd en energie – en ik ben zeker niet de enige. Wat als alle vrouwen, jong en oud, even hard zouden werken aan hun innerlijk als aan hun uiterlijk? Zou de wereld er dan niet veel mooier uitzien? Soms vraag ik me af wanneer je als meisje precies beslist dat je niet voldoet? Op welk moment wordt je lichaam een bron van ongenoegen in plaats van genot?

Mijn dochtertje van 17 maanden vindt op dit moment niets grappiger dan navels. Jawel, navels. Praten kan ze nog niet, maar ze begrijpt al veel. Vraag aan haar ‘Waar is je navel?’ en ze ligt al in een deuk. Dan kijkt ze naar beneden naar haar buikje en pookt ze er met haar vingertje in. Dat er een soort gaatje in zit waar je je vinger kan in stoppen, is voor haar het toppunt van hilariteit. Als ik haar mijn navel laat zien, kraait ze van plezier en wil ze er ook met haar vingertje in porren. Ook een vorm van navelstaren, natuurlijk. Maar wel eentje om blij van te worden.

Beeld: Istock

Schrijf je reactie

Als journalist weigert Ann-Marie Cordia al vijftien jaar lang te kiezen tussen de serieuze schrijfsels, de curieuze en de amoureuze. Ze schreef al voor Het Laatste Nieuws, NINA, Goedele en De Morgen, maar haar ziel blootleggen doet ze alleen op Charlie.

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen