Next Gen

“Wij zijn zoals de vechters voor vrouwenstemrecht, maar dan in de huidige modewereld”

Sarah Dimani en Farah El Bastani in gesprek over modest fashion, migratieroots en sociale media

“Wij zijn zoals de vechters voor vrouwenstemrecht, maar dan in de huidige modewereld”

In onze reeks Next Gen praten we met twee jonge vrouwen die aardig op weg zijn de wereld te veroveren. Vandaag: modest fashion queen Sarah Dimani (25) en killerstyliste Farah El Bastani (29). Tekst: Caro Hellings & Elodie Kona. Foto’s: Caro Hellings

Sarah en Farah hebben wel wat meer in common dan hun rijmende namen. Ze sleutelen sinds hun tienerjaren aan een carrière binnen de modebranche om het pad te effenen voor andere meisjes met migratieroots. “Wij zijn opgegroeid zonder echte rolmoddelen in de modewereld, ik denk dat we deuren hebben geopend voor de volgende generaties”, zegt Farah tijdens onze ontmoeting in een Berchemse koffiebar.

Sarah, jij houdt je vooral bezig met modest fashion. Waarover gaat dat precies?
Sarah: “Voor mij gaat modest fashion vooral over jezelf bedekt kleden en dat geldt niet alleen voor moslima’s. Ik besloot zeven jaar geleden, net na het middelbaar, om een hoofddoek te dragen. Na een onsuccesvolle poging om verder te studeren, nam ik een half sabbatjaar om mezelf terug te vinden. Ik koos voor een hoofddoek als deel van mijn identiteit en kledingstijl. Maar ik ben meer dan dat alleen. Veel mensen denken dat ik door mijn hoofddoek 24 uur per dag bezig moet zijn met religie.”

“Mensen denken automatisch dat mode niet weggelegd is voor vrouwen met migratieroots.” 

Farah: “Mensen denken automatisch dat mode niet weggelegd is voor vrouwen met migratieroots. Je wordt onmiddellijk in een hokje gestoken.”

Sarah: “Inderdaad, voor moslims ben ik te vrijdenkend en voor anderen te conservatief. Ik denk niet dat het voor iemand ooit voldoende gaat zijn.”

Hoe zijn jullie uiteindelijk in de modesector beland?
Farah: “Als 18-jarige trok ik vanuit Noorderkempen naar Antwerpen om rechten te gaan studeren. Ook al besefte ik dat rechten niet echt mijn ding was, ploeterde ik voort. Het idee van die studie kwam van thuis uit en ik ben een enorme people pleaser op dat vlak. In dezelfde periode kwam de bloggerwereld hier in België stilletjes op gang. Mijn jongere zus en ik kochten een kleine camera en maakten blogposts van onze outfits. Twee bloggende zussen met migratieroots, dat was nog niet zo lang geleden redelijk uniek. We werden opgepikt door de media en een wereld ging open. Ik wist toen nog niet dat styling een beroep was.”

Sarah: “Ik herinner mij die artikels nog. Farah verscheen in de krant en ik dacht meteen: wij gaan vriendinnen worden.”

Farah: “Daarna leerde ik via een klasgenote een studente fotografie kennen met wie ik nog steeds zeer close ben. Met een koffer vol kleren uit mijn eigen kast, deden we onze eerste fotoshoot. We studeerden nog, maar deden tussendoor modeshoots. Ik heb dan anderhalf jaar gewerkt in een kledingwinkel. Via Facebook en mond-tot-mondreclame bouwde ik tegelijkertijd een netwerk op met fotografen en modellen. Zo ontstond mijn portfolio als styliste.”

Sarah: “Ik ben twee jaar geleden afgestudeerd als grafisch ontwerpster en ben tijdens mijn studies ook beginnen bloggen. Voor mij ging het puur om zelfontwikkeling en experimenteren met mode. Ik ben ondertussen al zeven jaar bezig.”

Sarah, in 2015 bombardeerde Flair je tot de eerste moslima met hoofddoek op de cover. Heb je problemen gehad met die titel?
Sarah: “Dat was wel een donkere periode in mijn leven. De haattirade na de Flaircover heeft drie weken geduurd. Het ging niet meer over de inhoud van het artikel, maar over mijn hoofddoek. Filip Dewinter heeft met die cover staan zwaaien in het parlement. Mensen begonnen dingen te verzinnen: “Sarah Dimani lapt islamitische regels aan haar laars.” Maar dat is helemaal niet zo. Door die berichten kreeg ik ook negatieve reacties vanuit mijn eigen gemeenschap. Sommigen zeiden dat ik naar de hel ging.

Spijt van die shoot heb ik niet, alleen misschien dat ik toen mijn mond niet heb opengetrokken. Ik was jong en trok mij dat heel hard aan allemaal. Flair heeft na mij nog twee moslima’s op de cover gezet met hoofddoek, zonder haatreacties. Iemand moet de eerste zijn, hé.”

“Ze hebben van mij een token gemaakt met die cover, dus waarom zou ik dat dan niet handig uitspelen naar mijn volgers toe?”

Hoe ben je met die kritiek omgegaan?
Sarah: “Mijn eerste gedachte was Instagram verwijderen, maar toch besloot ik mij te focussen op mijn boodschap. Ik ben boeken beginnen lezen over modest fashion en heb mij verdiept in representatie en diversiteit. Ik zorgde bij elke modepost voor een betekenisvolle link over die thema’s. Ze hebben van mij een token gemaakt met die cover, dus waarom zou ik dat dan niet handig uitspelen naar mijn volgers toe?”

Farah: “Ik heb Sarah voor het eerst ontmoet toen ze in die donkere periode zat. Ik had die cover gezien en dacht: girl, niet opgeven nu, hé.”

Sarah: “Wij hebben elkaar echt ontmoet op de fashion talks. Ik was de enige moslima met een hoofddoek en de mode-industrie was nieuw voor mij. In mijn zoektocht naar een gekleurde persoon kwam ik Farah tegen. En het klikte meteen tussen ons.”

Sociale media lijken een belangrijke drijfveer in jullie beroep. Samen hebben jullie bijna 120.000 volgers. Zijn sociale media een must?
Sarah: “Ik heb een haat-liefde relatie met sociale media. Mocht Instagram niet bestaan, dan was ik niet de Sarah die ik vandaag ben. Maar een hoofddoek dragen en into mode zijn, lijken een onmogelijke combinatie voor haters. De laatste drie jaar ben ik wel minder gevoelig voor haatcomments.”

Farah: “Facebook lanceerde mijn carrière. In 2017 stuurde een styliste uit Brussel mij een Facebookbericht met de vraag om de styling van de Franstalige inzending voor het Eurovisiesongfestival te doen. De jurk die Blanche droeg, maakte de tongen los en de Vlaamse media wilden de styliste achter de outfit ontmoeten. Zo kwam ik terecht bij Van Gils & Gasten. Daarin hebben social media mij hard geholpen.”

Sarah: “Soms vind ik bekend zijn via die kanalen wel lastig. Je moet in het dagelijkse leven de perfecte versie van jezelf zijn, want dat verwachten ze van je. Maar ik draag ook soms een minder fancy outfit en dan kijken mijn volgers daar van op. Soms wil ik een oversized hoodie dragen en de draadjes zo hard aantrekken dat mijn gezicht verdwijnt. Het kan niet elke dag Fashion Week zijn, hé.” (lacht)

“Soms wil ik een oversized hoodie dragen en de draadjes zo hard aantrekken dat mijn gezicht verdwijnt.” 

Met de hashtag #ArmyOfTheUnlabeled wil modeketen JBC verschillende identiteiten en diversiteit in de kijker zetten. Jullie zitten samen op dat project. Werken jullie vaak samen?
Sarah: “Het idee achter #ArmyOfTheUnlabeled is om minderheden te verlossen van de labels die zij doorheen de jaren hebben gekregen, net zoals wij. De drager kan via unieke patches zijn of haar outfit personaliseren.”

Farah: JBC wou graag nieuwe minderheidsgroepen aanspreken. Via het communicatiebureau Wanna Catch zijn wij betrokken geraakt bij het project.”

Sarah: “Wij zitten in dezelfde sector, dus af en toe elkaars pad kruisen is onvermijdelijk. Maar we lopen niet voor mekaars voeten. Als Farah erbij is, voel ik me gerustgesteld. Wij worden vaak gezien als duo en onze rijmende namen boosten dat ook nog eens.” (lacht)

Voelen jullie jezelf een influencer?
Farah: “Neen. Voor mij is Instagram een digitaal portfolio. Mijn hoofddoel is mensen inspireren, maar ook potentiële klanten of jobs bij coole magazines aantrekken. Ik krijg soms berichten voor een samenwerking of een totaal onbekende die wil dat ik iets promoot. Mijn voorwaarde: het project moet bij mijn ideologie en stijl passen.”

Sarah: “Ik voel mij wel een influencer, maar ik ontken het. Het heeft zo’n negatieve connotatie. In mijn ogen heb je twee soorten influencers: de flat tummy tea promotors en influencers die maatschappelijke thema’s willen belichten. Ik val in die laatste categorie en gebruik fashion als instrument. Ik ben geen influencer voor de gratis goodies of bekendheid en het is moeilijk om mensen van het tegendeel te bewijzen. Net daarom geef ik lezingen om te laten zien dat ik een stem heb. Ik ben meer dan een mooi gezicht of outfit.”

“Ik ben geen influencer voor de gratis goodies of bekendheid en het is moeilijk om mensen van het tegendeel te bewijzen.”

Welke statement willen jullie maken met mode?
Farah: “Ik wil aantonen dat een goede outfit een boost in zelfvertrouwen kan geven. Zelfvertrouwen is voor mij de basis van geluk. Mooie kleding gaf mij zelfzekerheid toen ik jong was én nu nog steeds.”

Sarah: “Voor mij is authenticiteit belangrijk. Bedekter kleden stond vroeger gelijk aan dragen wat beschikbaar was. De 19-jarige ik merkte dat bij andere jonge moslima’s weinig authentieke kledingstijlen waren. Er was dan één maxi-jurk van H&M die iedereen in de gemeenschap met een beetje stijlgevoel had.”

Farah: “Een rolmodel voor de modieuze moslimvrouw was er toen al helemaal niet.”

Sarah: “Wij zijn misschien een beetje onze eigen rolmodellen geworden. Soms draag ik een rare combinatie waarvan mensen denken: “Wat heeft die aan?” Hetzelfde geldt bij Farah. Zij draagt soms de gekste outfits. But I like it. Als mensen je kunnen linken aan een bepaalde stijl, dan ben je geslaagd, vind ik.”

Wat is de grootste struggle in jullie carrière tot nu toe?
Farah: “Het uitbouwen ervan. Ik heb bijna twee jaar gratis shoots gedaan en reisde overal met de trein naartoe. Vrije weekends en vakanties had ik niet.”

“Je moet eerst skills leren, ervaring opdoen en dan pas kan je geld vragen als echt goed bent in je job.”

Sarah: “Veel mensen onderschatten de modewereld. Zij komen meteen af met prijskaartje en willen als styliste of fashion influencer bakken geld verdienen. Farah en ik zijn gestart vanuit een passie waar we alles voor over hadden. Geld verdienen was nooit onze drijfveer.”

Farah: “Nu is de eerste vraag van beginnende assistenten: “Hoeveel verdien ik eraan?” Niks. Je moet eerst skills leren, ervaring opdoen en dan pas kan je geld vragen, als je goed bent in je job.”

Sarah: “Pas sinds twee jaar begin ik een beetje erkenning te krijgen. Daarvoor heb ik vijf jaar gratis events opgezocht op Facebook en bedrijven blijven mailen na de zoveelste afwijzing. En avonden lang moodboards zitten maken op mijn laptop.” (zucht)

Is het dan allemaal de moeite waard?
Farah: “Voor mij zeker wel. Sommige vrienden verklaren mij voor gek omdat ik zo hard werk, maar ik zou niet willen dat iedereen zo hard werkt.”

Sarah: “Een vriend zei onlangs tegen mij: “Jij werkt nu zo hard dat je nooit van je eigen succes gaat kunnen proeven.” Dan begin ik te twijfelen. Wil ik mij wel opofferen? Eigenlijk wil ik geen netelig pad afleggen. Ik wil meteen resultaten zien. Soms heb ik het gevoel dat ik vijf keer harder moet werken dan een witte influencer.”

“Er moet toch altijd iemand de eerste stappen zetten voor de volgende generatie?”

Farah: “Maar er moet toch altijd iemand de eerste stappen zetten voor de volgende generatie? Ik vind het pad naar het resultaat juist interessant en zie het als een leerproces. Wij zijn zoals de vechters voor vrouwenstemrecht honderd jaar geleden, maar dan in de huidige modewereld.”

Sarah: “Klopt, maar soms wil ik niet die enige strijder zijn.”

Lees alle interviews in de reeks Next Gen

Schrijf je reactie

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen