Dubbelinterview

“In 2017 hebben we allemaal samen op een gore, etterende puist geduwd”

Jens Dendoncker & Dalilla Hermans over een heftig jaar

“In 2017 hebben we allemaal samen op een gore, etterende puist geduwd”

Ze zagen elkaar voor het eerst bij de cafétesten voor ‘De Slimste Mens’ en kwamen elkaar opnieuw tegen tijdens de opnames van de populaire quiz. Jens Dendoncker maakte in 2017 ook zijn eerste avondvullende zaalshow en was te zien als gastheer in ‘Hoe zal ik het zeggen?’ op VTM. Dalilla Hermans schreef dit jaar een boek over haar persoonlijke ervaringen met racisme, schopte het tot finaliste van De Slimste Mens, werd zo de meest gegoogelde persoon van het jaar en beviel, en passant, van haar derde kind. Hier blikken ze samen terug op 2017, het jaar waarin ze doorbraken.

Wanneer we elkaar ontmoeten heeft Jens net de première van zijn eerste onemanshow, Bang van Dendoncker, achter de rug. Hij is moe maar gelukkig, want de reacties zijn positief én hij heeft net bericht gekregen dat ‘Hoe zal ik het zeggen?’, een candid camera programma waarin hij mensen helpt om moeilijke boodschappen over te brengen, een tweede seizoen krijgt. Dalilla heeft eindelijk een rustige moment, na een heleboel lezingen en interviews en net voordat de finaleweek van De Slimste Mens van start gaat.

Jens, Dalilla, jullie worden ongetwijfeld vaak herkend op straat. Hoe is dat?
Jens: “Als mensen beleefd komen zeggen dat ze iets tof vonden, dan vind ik dat leuk. Soms wijzen ze of roepen ze, dat vind ik minder. Het leukste is wanneer mensen me vertellen dat ze een opsteker van mijn optredens krijgen omdat ze zien dat ze als epilepsiepatiënt niet al hun ambities moeten laten varen.”

Je bent heel open over je epilepsie?
Jens: “Absoluut. Veel patiënten houden hun epilepsie wel verborgen omdat het gevolgen heeft: niet met de auto kunnen rijden omdat je soms epileptische aanvallen krijgt, kan een fundamenteel probleem zijn als je een job zoekt. Ik snap waarom mensen zwijgen, maar ik ben er in mijn productiehuis altijd open over geweest. Ik heb het geluk dat het voor mijn werk nooit een probleem was. Dat is een enorme luxe.”

En jij Dalilla? Hoe ga jij om met je bekendheid?
Dalilla: “Dat verschilt. Op de Boekenbeurs kwamen mensen me soms vragen of ze aan mijn haar mogen voelen. Dat zijn dingen waar ik opnieuw mee moet leren omgaan. Ik ben me er ook meer bewust van dat ik bekeken word op straat, ik word soms wat ongemakkelijk van al die blikken. Bijvoorbeeld wanneer mensen me ineens beginnen filmen. Dan denk ik: kom dan gewoon even hallo zeggen! (lacht) Maar ach, ik word zelf ook zenuwachtig als ik bekende mensen zie. Er zijn gelukkig ook veel mooie momenten.”

Hoeveel verschillen jullie privé en publieke persona?
Jens: “Ik ben totaal niet bezig met personal branding ofzo. Mijn persoonlijkheid op het podium is niet eens zo’n grote uitvergroting van wie ik in het echte leven ben. Het publiek ziet natuurlijk wel enkel die extroverte kant van mezelf, terwijl ik thuis vaak gewoon een boekje lees, drie dagen niet buiten kom en heel introvert kan zijn.”

“Wanneer mensen me op straat ineens beginnen filmen, denk ik: kom dan gewoon even hallo zeggen!”

Dalilla: “Dat herken ik. De Dalilla die mensen zien op televisie of waarover ze lezen in interviews is wie ik ben. Ik heb geen twee gezichten. Het enige verschil is misschien dat ik in het echt nog iets meer uitgesproken ben dan in interviews. Daar zullen sommigen wel van schrikken, want veel mensen vinden me al extreem in mijn opvattingen. Ik probeer echt moeite te doen om alles genuanceerd en met veel begrip over te brengen. Dat is ook nodig als ik wil blijven doen wat ik doe.”

In tegenstelling tot Dalilla, spreek jij je niet vaak maatschappijkritisch uit, Jens.
Jens: “Het is gewoon niet het eerste wat in mij opkomt als ik comedy schrijf. Ik heb het eerder over persoonlijke dingen. Ik vind ook dat je alle partijen op de korrel moet nemen als je je aan politiek waagt, anders lijkt het alsof je een heel duidelijke politieke voorkeur hebt. Bovendien preek je al snel voor eigen kerk. In de zalen van Nigel Williams zitten enkel mensen die heel erg graag willen horen dat Bart De Wever een klootzak is.”

Over comedy gesproken, dit jaar was er weer veel kritiek op de seksistische moppen in de Slimste Mens.
Jens: “Is er ook niet veel overdreven? Zoals Jonas Geiraert schreef: als er drie boze tweets zijn, is er sprake van ophef. Mensen snappen niet dat humor vaak ten koste van iets of iemand moet zijn. Ik heb zelfs de repliek gekregen dat ik niet zo met mezelf mocht lachen. Als je eenmaal grappen gaat verbieden houdt het nooit op.”

“Mensen snappen niet dat humor vaak ten koste van iets of iemand moet zijn.”

Maar je mag toch wel zeggen dat je sommige moppen slecht vindt? Als het enige wat je kan bedenken wanneer er twee vrouwen tegenover je zitten, iets met ‘seks’ of ‘dom zijn’ is, dan is het niveau van de grappen niet echt hoog.
Dalilla: “Ik snapte de kritiek op de seksistische moppen wel. In een paar afleveringen was de balans echt zoek. Tijdens de opnames hadden wij dat gevoel niet: er werden een boel moppen gemaakt over allerlei onderwerpen. Pas tijdens de uitzending, na de montage, viel het op dat ze alle seksistische moppen achter elkaar hadden gemonteerd.”

“Maar wanneer Goedele Wachters, Frances Lefebure en ik in de uitzending zitten en Jeroom maakt een mopje over hoe dom we zijn, zegt dat vooral veel over hem. Ik voel me niet aangesproken, want ik ben niet dom en die anderen al zeker niet. Als je dan een platte mop maakt, dan kom je er toch zelf slecht uit?”

Voor jou was de affiche van de Oerwoudfuif erg storend, maar voor sommige vrouwen wekken zulke grappen misschien dezelfde frustratie op?
Dalilla: “Ik merk bij mezelf dat ik aan die dingen minder gevoelig ben. Racistische moppen zouden mij harder storen omdat mijn zwart zijn als het om discriminatie gaat voor mij een groter probleem is geweest in mijn leven dan mijn vrouw zijn. Als een man vrouwonvriendelijke mopjes maakt, kan ik daar kordater op reageren. Ik heb in de studio geen seconde het gevoel gehad dat ik iets tegen mijn zin moest doen. Heel het ‘Damzel in Distress’ gegeven, daar kan ik me niet in vinden.”

Jens: “Je bent inderdaad vrij om te reageren. Als de repliek van Dalilla een goeie lach van het publiek krijgt, wordt dat ook uitgezonden. Eigenlijk is de essentie: hoe moeilijker of delicater het thema, hoe beter je grap moet zijn om ermee weg te geraken.”

“Het is in Vlaanderen ongezien dat er twee zwarte vrouwen in hetzelfde programma zitten op prime time tv.”

Dalilla: “Als er tijdens een uitzending alleen maar vrouwonvriendelijke dingen worden gezegd, dan denk ik: het moet gewoon beter. Maar er was ook veel positief: het is in Vlaanderen ongezien dat er twee zwarte vrouwen in hetzelfde programma zitten op prime time tv en dit jaar waren er meer vrouwen in het programma dan ooit tevoren. Die vooruitgang is op de achtergrond geraakt door een paar seksistische moppen van Jeroom.”

Dus idealiter moet de jury ook diverser.
Dalilla: “Dat is de volgende stap.”

Was representatie voor jou een motivatie om mee te doen met De Slimste Mens?
Dalilla: “Ja. Ik krijg euforische reacties van mensen met Afrikaanse roots op mijn deelname. Dat zegt iets over hoe hard dat die nood leefde bij zwarte mensen om zichzelf te herkennen in de personen die op televisie komen. Zoveel zwarte mensen komen niet op tv in Vlaanderen: Élodie Ouédraogo, Lies Lefever en ikzelf en daarna moet ik heel hard beginnen denken.”

Jens: “Ronny Mosuse…”

Dalilla: “En misschien nog een paar Rode Duivels. En Soe Nsuki binnenkort! (lacht) Maar that’s it. En we zijn nochtans met 250.000 zwarte mensen in Vlaanderen.”

“Diversiteit in je programma brengen is niet altijd even makkelijk. Vooral moslima’s doken letterlijk weg wanneer ze ons zagen.”

Jens: “Diversiteit in je programma brengen is niet altijd even makkelijk. In ‘Hoe zal ik het zeggen?’ zitten redelijk wat straatinterviews. Het was ontzettend moeilijk om moslims aan te spreken. Zij zaten met veel wantrouwen tegenover onze cameraploeg. Vooral moslima’s doken letterlijk weg wanneer ze ons zagen.”

Dalilla: “Ik kan me voorstellen dat wanneer je weet hoe er op internet wordt gereageerd als er moslims in beeld komen, dat je dan denkt ‘nee, bedankt’.”

Jens: “Dat is jammer, want ik vind het heel belangrijk dat onze vox pops een realistische representatie van de bevolking geven. Dat er allerlei mensen aan het woord komen om te praten over gewone thema’s zoals daten of relaties. Mensen voor de camera krijgen is moeilijker dan je zou denken.”

Welke dingen zou jij anders aanpakken als je baas was van een televisiezender?
Jens: “Ik zou meer diversiteit willen zien op televisie. En dat die diversiteit vanzelfsprekend is. Dat het niet over racisme hoeft te gaan wanneer er een zwart iemand in beeld komt, en niet over geloof als we een hoofddoek zien.”

Dalilla: “Ik zou zorgen voor meer vrouwen op televisie, denk ik. En ik mis een goede talkshow. Ik snap niet dat wij dat in Vlaanderen niet lijken te kunnen. Ofwel is het zo luchtig dat het pijn doet, ofwel is het een hard-tegen-hard gesprek. De programmamakers mikken op twee tegengestelde meningen waarbij alle nuance wegvalt, er is te weinig tijd om genuanceerd een stelling uit te leggen. Wat hebben we eraan als mensen elke avond boos tegenover elkaar zitten en tien minuten mogen bekvechten?”

Jens: “Die polarisatie is niet alleen een probleem van de televisie, maar een probleem van de hele samenleving.”

Dalilla: “Toch denk ik dat er een kentering aan de gang is. Mensen zijn het beu dat alles snel en hapsnap moet zijn. Ik kan de hele dag op Twitter korte polariserende meningen lezen, maar op televisie wil ik een vollediger verhaal horen.”

Voor jullie beiden was 2017 het jaar van jullie doorbraak. Hoe kijken jullie terug op dit heftige jaar?
Jens: “Eind 2016 won ik Humo’s Comedy Cup en begin 2017 werd ik gevraagd voor ‘Hoe zal ik het zeggen?’ De meeste projecten die nu zijn samengekomen, stonden een klein jaar geleden nog in de kinderschoenen. Dat is mooi om te zien.”

“Wat hebben we aan een praatgrogramma waarin mensen boos tegenover elkaar zitten en tien minuten mogen bekvechten?”

Dalilla: “2017 is voor mij raar begonnen. Eind 2016 had ik mijn sympathie voor de ‘Roetpiet’ uitgesproken op Charlie en op De Afspraak. Ik heb toen ontzettend veel haatmail en doodsbedreigingen gekregen en ben even ‘geknakt’. Ik ben een paar weken offline gebleven, was bang om buiten te komen. Ik was net zwanger en de deadline van mijn boek was dichtbij. De eerste drie maanden van 2017 waren dus super intens, maar toen het boek af was, begon mijn jaar te keren.

De boekvoorstelling was een mooi moment en in die periode werd ik ook gevraagd voor De Slimste Mens. Wel zot. Ik had nooit verwacht dat dat op een jaar tijd zo hard zou kunnen omslaan. Ik heb echt moeten wennen aan de positieve feedback op mijn deelname, omdat ik eerder zo vaak was uitgescholden. Als je mij vorig jaar had gevraagd of ik activist zou blijven en mijn mening zou blijven uiten, dan had ik zeker ‘nee’ geantwoord. Maar op een of andere manier ben ik het toch blijven doen. Trouw blijven aan mezelf en mijn idealen en me niet laten afleiden heeft in the long run meer effect gehad dan iedereen die mij vorig jaar wilde afschieten.”

Jens: “Het slechtste dat ik ooit heb meegemaakt was een negatieve reactie op mijn comedy. ‘Trekt op niks’ schreef iemand. Zelfs dat kwam al heel hard binnen. Ik zou niet aankunnen wat jij hebt meegemaakt. Ik zou zelfs overwegen om ermee op te houden.”

We sluiten af met een vraag in de stijl van De Slimste Mens. Wat kan je zeggen over 2017?
Dalilla: “#MeToo, #NoMoreMonkeybusiness, #RepresentationMatters… Er zijn veel hashtags geweest dit jaar (lacht). #MeToo was daarvan de grootste. 2017 gaat de geschiedenis in als het jaar waarin een breekpunt is bereikt.”

Heb jij ook dat gevoel, Jens?
Jens: “Ja. Dat wordt versterkt doordat er door #MeToo een paar grote koppen rolden in mijn vakgebied. In de media, maar ook in de comedy: Bill Cosby was al even geleden en nu volgde Louis CK.”

Wat doet dat met je?
Jens: “Tja… (denkt lang na) Het bewijst keer op keer op keer dat er nog zoveel verwrongen machtsstructuren zijn. Je voelt je elke keer wat beschaamd. Ik vraag me af of een machtige rol hebben binnen je ‘stam’ echt maakt dat je het gerechtvaardigd vindt om iedereen zomaar te bepotelen? Is dat dan zo’n grote onbedwingbare drift?”

Of is het andersom? Misschien moet je een bepaalde persoonlijkheid hebben om op die topfunctie te geraken?
Jens: “Daarvoor valt wel wat te zeggen. Onderzoeken wijzen uit dat mensen op topfuncties in de financiële sector minder empathie voelen. Daarom doet het pijn dat seksuele intimidatie en aanranding ook gebeuren in de showbizzwereld, de sector die als bijzonder progressief werd gezien. Het is veel makkelijker om een geldwolf of een meedogenloze zakenman te veroordelen dan een artiest die ooit dingen heeft gemaakt die je fantastisch vond.”

“Het is makkelijker om een meedogenloze zakenman te veroordelen dan een artiest die ooit dingen heeft gemaakt die je fantastisch vond.”

Dalilla: “Ik hoop dat het omverwerpen van het patriarchaat ook andere discussies op de kaart zet. Alle ‘-ismes’ lijken op elkaar: racisme, seksisme… de structuren en systemen zijn hetzelfde. Ik hoop dat we een grote schoonmaak gaan houden; dat we hertekenen hoe we met elkaar moeten omgaan. De moeilijke vragen worden vandaag gesteld. Ik vind dat goed.”

Jens: “En we zouden het bijna vergeten: in januari werd Trump president. Hij is zo alomtegenwoordig dat het lijkt alsof hij al jaren in het Witte Huis zit.”

Dalilla: “En dat we ook niet doorhebben hoe absurd het blijft dat hij op die plek zit.”

Jens: “Dit jaar was ook het jaar van Fake News. Het maakt allemaal geen hol meer uit, people don’t give a shit, ze geloven gewoon wat ze willen geloven. Je kan met statistiek alles aantonen, zolang je invalshoek maar goed is gekozen. Er zijn streng religieuze groeperingen die hun eigen universiteiten hebben. Je verkondigt gewoon wat je wil. En als de waarheid alsnog uitkomt, dan heeft het eigenlijk geen effect meer, dan is het kwaad al lang geschied.”

Zie je 2018 nog wel zitten, Jens?
Jens: (gespeeld serieus) “Nee, het mag stoppen. Ik hang mij op.” (lacht)

“2017 was het puss jaar, in 2018 gaan we de wond verzorgen en tegen 2020 zie je dat litteken niet meer. Dat is mijn ambitie.”

Dalilla: “Ik heb net veel zin in 2018. Iemand zei me een tijdje terug: in 2017 hebben we allemaal samen op een hele gore, etterende puist geduwd en die is nu opengebarsten. Er is etter overal, maar hierna kan de huid weer genezen. 2017 was het puss jaar, in 2018 gaan we de wond verzorgen en tegen 2020 zie je dat litteken niet meer. Dat is mijn ambitie.”

Strakke planning!
Jens: “Ik hoop dat je gelijk hebt, maar ik weet niet of ik zo positief ben ingesteld. Ik vrees, ik ben zelfs bijna zeker, dat we het onderste van de beerput nog niet hebben gezien in Vlaanderen.”

Dalilla: “Waarschijnlijk niet, maar laat het dan nog maar even etteren. Dan kan alles daarna weer beginnen helen.”

Om haar finaleplaats in De Slimste Mens te vieren, deelt Dalilla uit. Van 14 tot en met 21 december bieden Uitgeverij WPG en Charlie Magazine een cadeaupakket aan bestaande uit haar boek Brief aan Cooper en de Wereld (t.w.v. €19,90) én een Cadeau abonnement op Charlie (t.w.v. €50), alles samen voor maar 50 eurootjes. Hét ideale kerstgeschenk voor mensen die verder willen lezen. Hier lees je meer over de actie. Of bestel het Cadeau pakket meteen in de webshop!

Foto’s: Jozefien Daelemans

Schrijf je reactie

Jozefien was in een vorig leven art-director bij de vrouwenbladen en is nu kapitein van het Charlie-schip. Haar stokpaardjes zijn gendergelijkheid, beeldvorming in de media en het opvoeden van twee luidruchtige jongens.

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen