Opinie

“Er wordt ons subtiel geleerd dat witte mensenlevens in se er meer toe doen”

Belgische getuigen aan het woord laten na een aanslag in het buitenland is niet zo onschuldig en 'natuurlijk' als het lijkt

“Er wordt ons subtiel geleerd dat witte mensenlevens in se er meer toe doen”

Na de terroristische aanslagen op twee moskeeën in Christchurch, Nieuw-Zeeland kwam er in onze Vlaamse pers een stroom aan berichtgeving. VRT berichtte onder meer over een Vlaamse vrouw wiens kinderen in de buurt van de twee moskeeën schoolliepen op het moment van de terreurdaad. “Journalistiek perfect te verantwoorden”, klonk het al snel bij enkele journalisten en lezers. “Die Vlaamse reflex is niet meer van deze tijd”, oordeelt redactrice Anouk Torbeyns.

Tijdens het vrijdaggebed in de Al-Noor-moskee in Christchurch opende een terrorist het vuur op de gebedsgangers. Later kon hij ook toeslaan in de Linwood-moskee in dezelfde stad. Met intussen vijftig doden en tientallen gewonden heeft de dubbele aanslag een zware tol geëist. Vlaamse nieuwsmedia berichtten dan ook uitgebreid over het bloedbad in Nieuw-Zeeland.

Bekeken vanuit de klassieke mediacyclus kon je je klok er haast op gelijkzetten. Nadat de eerste info over de dader en slachtoffers binnensijpelde, kwamen de reacties uit de internationale politieke wereld, de rol van het internet en sociale media en een analyse van het dreigingsniveau hier in België. Ook het bredere maatschappelijke debat kwam al snel op gang.

Nog een klassieker in de mediacyclus: de Belgische getuige. Nadat men eerst had bericht over al dan niet Belgische slachtoffers, ging men op zoek naar Belgen die een link hebben met de plaats delict. In dit geval kwam VRT uit bij een Vlaamse witte vrouw. Haar twee dochters lopen school in de buurt van de twee moskeeën waar de aanslag plaatsvond. De vrouw getuigt hoe hun school lange tijd in lockdown ging en dat geweld van deze grootorde ongezien was in het anders zo vredige Nieuw-Zeeland.

Er worden bloemen gelegd aan de Al Noor-moskee ter nagedachtenis van de slachtoffers van de dodelijke schietpartij in Christchurch. Foto: Wikimedia Commons

Het lijkt de normale gang van zaken. Het lijkt journalistiek verantwoord. Het lijkt logisch op basis van de klassieke nieuwswaarden. Nieuwswaarden bepalen impliciet welke verhalen journalisten brengen en hoeveel aandacht ze eraan zullen besteden. Om de nieuwswaarde van een verhaal te bepalen, worden onder meer volgende vragen gesteld: ‘Is het actueel?’, ‘Is het bijzonder of spectaculair?’, ‘Heeft het maatschappelijk belang?’, ‘Zijn er bekende mensen bij betrokken?’, ‘Wat is de nabijheid van het verhaal en kunnen onze lezers of kijkers zich dus identificeren met het verhaal?’

“Als lezer of kijker zouden we ons meer betrokken voelen bij een internationaal nieuwsverhaal als er een Belgische of Vlaamse invalshoek is.”

Om het verhaal van de Vlaamse moeder in Nieuw-Zeeland al dan niet te brengen, werd rekening gehouden met die twee laatste nieuwswaarden. Nabijheid moet dan gezien worden als figuurlijke nabijheid, gelinkt aan identificatie. Als lezer of kijker zouden we ons meer betrokken voelen bij een internationaal nieuwsverhaal als er een Belgische of Vlaamse invalshoek is. Waar komt dit vandaan en geldt dat anno 2019 nog wel?

Toevallig bood Olivia Rutazibwa zaterdagavond een deel van het antwoord. De politieke wetenschapper, die in Engeland lesgeeft aan de universiteit van Portsmouth, was te gast in het Canvasprogramma Nachtwacht. De uitzending stond in het teken van racisme, dekolonisatie en de strijd tegen een ‘witte wereld’ waarin blanke mannen het nog steeds voor het zeggen zouden hebben.

Binnenkort brengt Rutazibwa ook het boek ‘Het einde van de witte wereld’ uit waarin ze onze witte, eurocentrische denkkaders blootlegt. Die denkkaders kwamen ook aan bod in Nachtwacht. Presentator Jan Leyers vroeg zich daarbij af of “het niet natuurlijk is dat je meer inzit met de mensen uit je eigen dorp dan die van een dorp aan de andere kant van de wereld, los van huidskleur?”

In haar boek ‘Het einde van de witte wereld’ wil Olivia Rutazibwa erop wijzen dat hoe onze samenleving en wat als ‘normaal’ wordt gezien, nog altijd grotendeels bepaald wordt door witte Westerse mannen. Foto: Assia Missaoui

Volgens Olivia Rutazibwa wordt die nabijheid gesocialiseerd, cultureel aangeleerd. “Na de aanslagen op de redactie van Charlie Hebdo (in Parijs in 2015, red.) kwamen verschillende Afrikaanse leiders met steunbetuigingen en gingen ze zelfs mee betogen in Parijs terwijl er op hetzelfde moment onnoemlijk veel Nigeriaanse meisjes werden gekidnapt door Boko Haram”, herinnert Rutazibwa zich.

“Nieuwsmedia houden onze ‘witte empathie’ mee in stand door op zoek te gaan naar de Vlaamse connectie bij internationale nieuwsverhalen.”

Met dat voorbeeld wil de politieke wetenschapper aantonen dat niet alleen Westerlingen met een eurocentrische bril naar de wereld kijken, maar dat ook niet-westerlingen door de koloniale geschiedenis zijn gesocialiseerd om gebeurtenissen in het Westen bijna erger te vinden dan die in hun eigen land. Het omgekeerde, Westerse leiders die zoveel aandacht schenken aan terreurdaden elders in de wereld, gebeurt volgens haar veel minder.

De vraag is dus nog maar in hoeverre die nieuwswaarden ‘natuurlijk’ zijn en of nieuwsredacties, anno 2019 nog steeds overwegend wit en Westers, die nieuwswaarden voldoende uitdagen. Ervan uitgaande dat onze  ‘witte’ empathie is aangeleerd op maat van witte mensen in een witte wereld, kan men stellen dat nieuwsmedia die socialisatie mee in stand houdt door constant op zoek te gaan naar de Belgische/Vlaamse connectie bij internationale nieuwsverhalen.

Vandaag de dag lijken die nieuwswaarden met andere woorden minder onschuldig dan ze zijn. Bovendien zijn ze in een snel veranderende wereld stilaan gedateerd. Dankzij onze smartphone dragen we ons venster op de wereld in onze broekzak. Jongeren van vandaag zijn de Vlaamse kerktoren al lang ontgroeid. Zij hebben het vermogen zich te identificeren met mensen die niet per se dezelfde taal spreken of dezelfde huidskleur, cultuur of religie delen.

De Vlaamse reflex om een Vlaamse witte moeder op te voeren als ‘ooggetuige’ om empathie op te wekken in een verhaal waarin moslims, en mensen met een donkerdere huidskleur, doelbewust werden geviseerd, is niet meer van deze tijd. Je publiek wordt daarmee nog steeds subtiel aangeleerd dat witte mensenlevens in se er meer toe doen. Het mag dan niet verbazen dat dit voor sommige moslims en mensen met een migratieachtergrond in België als een kaakslag voelt.

Wie dit anno 2019 wil verantwoorden aan de hand van de klassieke nieuwswaarden, zal die nieuwswaarden, en zichzelf, eens onder de loep moeten nemen. Want het is allesbehalve ‘natuurlijk’. En tenslotte wil het niet zeggen omdat iets altijd al zo geweest is, het daarom altijd zo moet blijven.

Lees ook het interview met doctor in de politieke wetenschappen Olivia Rutazibwa over ‘Het einde van de witte wereld’
Foto: Sarah Van Looy

Schrijf je reactie

3 reacties
  • Ann says:

    Op 15 maart liep ik mee met de klimaatmars in onze stad. Een aantal jongeren met een migratieachtergrond stond te kijken naar de stoet. Iemand vroeg of ze niet mee wilden lopen in de mars. Ze bedankten vriendelijk. “Mocht het nu voor de slachtoffers in Nieuw-Zeeland zijn geweest,…” zei een van hen. Ik voelde met hem mee.
    Waarom is er eigenlijk geen enkele journalist op het idee gekomen om Belgische moslims te vragen hoe ze zich voelden bij deze aanslag? Was dat geen goede invalshoek geweest?

  • KT says:

    Sommige moslims en mensen met een migratieachtergrond voelen alles als een kaakslag. Er gebeurt iets aan de andere kant van de wereld, en er wordt gekeken of er geen ooggetuige gevonden kan worden die Vlaams of Nederlands spreekt, aangezien Nederlands toch nog steeds de taal is waarin onze nieuwsdiensten werken. In Nieuw-Zeeland valt dat te vinden, in Nigeria niet per definitie. Een aanslag in het meest vredige land ter wereld, waar iedereen (kleurlingen inclusief) het relatief goed heeft, gaan vergelijken met de acties van een terreur/rebellenbeweging zoals Boko Haram, die al bijna een decennium (voornamelijk) actief is in de armste streken van Nigeria, is eigenlijk ook echt appelen met peren vergelijken, los van de huidskleur van de slachtoffers.

    • Sandra says:

      Ik begrijp de bedenking van Anouk, zelf heb ik er geen behoefte aan om, als er in het buitenland iets gebeurt, een Vlaming die daar toevallig woont aan het woord te horen. Maar vaak doen nieuwsdiensten dat om een soort van verslaggeving van ter plaatse te hebben als hun eigen reporter nog onderweg is naar daar, of als het gebied moeilijk te bereiken is.
      Ik ben het wel niet helemaal eens met haar analyse dat huidskleur hier speelt. Bij bijvoorbeeld aanslagen of natuurrampen in de Verenigde Staten, of zelfs Europese buurlanden, waar toch ook wel wat blanke mensen rondlopen, wordt deze aanpak ook gehanteerd. De conclusie dat de televisiezenders dit dus deden omdat ze de levens van de slachtoffers van Christchurch minder belangrijk vinden, is naar mijn mening dus niet juist.

Anouk Torbeyns is geboren in India en getogen in België. Haar huid is donker, maar haar privilege wit. Ze groeide op in een echt Vlaams boerengat en woont nu in de diverse stad. Ondertussen zoekt ze nieuwsgierig haar weg tussen al die schijnbare tegenstellingen. Als eindredacteur is ze verzot op de Nederlandse taal en als jonge journaliste zal ze waarschijnlijk meer vragen stellen dan antwoorden bieden.

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen