Opinie

Verander de wereld, begin bij je kinderen

Verander de wereld, begin bij je kinderen

Initiatief nemen. Je tranen verbijten. Sterk zijn. Ambitie hebben. Zorgzaam zijn. Wachten op de prins op het witte paard. Het zijn maar een paar voorbeelden van de talloze stereotypen die we onze kinderen meegeven. Maar helpen we ze daarmee in tijden van #metoo vooruit?

Gisteren hoorde ik in de lokale supermarkt hoe een moeder complimentjes gaf aan haar zevenjarige zoon. Hij was een sterke en stoere jongen, aangezien hij wel twee flessen cola van anderhalve liter kon dragen. Maar zou ze hetzelfde compliment aan haar dochter geven? Waarschijnlijk niet. Prinsessen dragen geen colaflessen. Dat is een taak voor stoere, sterke helden. Prinsessen wachten op de prins op het witte paard.

Ook al doen we het niet altijd bewust: als ouders, opvoeders en rolmodellen zijn we bepalend voor de rollen en het gedrag dat kinderen aanleren. Rolpatronen vormen de mal die generatie op generatie wordt doorgegeven om onze identiteit te boetseren. Ze voorspellen hoe mannen en vrouwen, jongens en meisjes zich horen te gedragen in onze wereld.

“De meest gestelde vraag tijdens de zwangerschap is: wordt het een jongetje of een meisje?”

Die rolpatronen liggen al klaar voor de geboorte. De meest gestelde vraag tijdens de zwangerschap is: wordt het een jongetje of een meisje? Wie een zoon verwacht, krijgt ander advies en andere cadeautjes dan wie een meisje krijgt. Voor een zoon geen roze truitje met een ‘mommy’s little princess’-opdruk. En ook de kleur van de kinderkamer is anders. Want een stoere man in spe slaapt toch niet in een kamer met roze behangpapier?

Macht, geld, roem en… het meisje

Nee, in de Mannenfabriek vind je bouwpakketten van Lego of Bob de Bouwer. Stoere Superman-outfits en actiefiguren, waarvan de omtrek van de spierbundels de laatste 20 jaar exponentieel is gegroeid. Ook de buikspieren van de Hollywoodsterren blijven maar groeien. Ze tellen tegenwoordig niet zes, niet zeven, maar àcht blokjes. Gespierde mannen zijn de helden van zo goed als elk verhaal. Als beloning voor hun kracht krijgen ze macht, geld, roem en… het meisje.

“Intimiteit en fysiek contact worden schaars. Want echte mannen knuffelen niet. En: Boys Don’t Cry.”

Wanneer jonge jongens de actiefiguren opzij leggen, moeten ze zo snel mogelijk man worden. In de puberteit moeten ze loskomen van mama en papa, leren hoe ze zich horen te gedragen. Voor jongens betekent dat: fysieke afstand. Mannen begroeten elkaar met een stevige handdruk, niet met een kus. Intimiteit en fysiek contact worden schaars. Want echte mannen knuffelen niet. En: Boys Don’t Cry. Ze praten niet meer zo open over hun gevoelens, dat is voor softies of meisjes. Ze toveren verdriet en kwetsbaarheid weg als waren ze een erfgenaam van Houdini. Dat terwijl het puberleven één en al fragiliteit is, met zorgen over acné-wildgroei, overslaande stem en twijfels over levenskeuzes die je toekomst gaan bepalen. In hun adolescentie merken jongens dat porno vooral op hen is afgestemd. Het vrouwenlichaam wordt overal geseksualiseerd, terwijl meisjes leren dat ze hun lichaam moeten verstoppen. Zo leert de jongen/man dat hij mag en zelfs móét verlangen naar wat hij in het dagelijkse leven niet ziet.

“Gespierde mannen zijn de helden van zo goed als elk verhaal.” Via Istock

Is het dan een wonder dat mannen meer verlangen naar seks? Natuurlijk niet. Een jongen leert dat hij mag, misschien wel moet verlangen naar de vrouw. Een vraag naar seks is daarom vaak een vraag naar intimiteit en geborgenheid. Seks vormt voor hen vaak dé poort naar de Grote Emoties. Want, bij seks mogen mannen intiem zijn. Bij seks voelen ze zich geborgen.

Gevoelens niet uiten. Initiatief nemen. Stoer en daadkrachtig in het leven staan. Dat beschouwen we nog te vaak als ‘mannelijk’. Wanneer we dat zomaar doorgeven, blijft dat niet zonder gevolgen. Kijk maar naar de cijfers van de dagelijkse inname van psychofarmaca en antidepressiva. In 2014 namen jongens tot 12 jaar in België een ontstellende 1.920.583 pillen. Bij meisjes was dat ongeveer een kwart daarvan.

“We leren mannen dat ze minder kwetsbaar zijn dan vrouwen, maar helpen we ze daarmee vooruit?”

Ook later in het leven zijn de gevolgen niet gering. Mannen nemen meer risico’s dan vrouwen en belanden vaker in gewelddadige situaties. Mannen doen er ook langer over om het verlies van een dierbare te verwerken, omdat ze (denken dat ze) niet mogen rouwen. Psychologische diagnoses worden door dokters bij mannen minder snel gesteld dan bij vrouwen. Mannen wachten bovendien langer om naar de dokter te gaan omdat ze zich sterk moeten houden, waardoor een depressie, kanker of burn-out veel harder toeslaat. Ze bevolken onze gevangenissen (m:11.267, v:502), onze verslavingsklinieken (m:10%, v:3%) en slechts 1 op de 8 mannen met seksuele problemen zoekt hulp (vrouwen: 1 op de 5).

We leren mannen dat ze minder kwetsbaar zijn dan vrouwen, maar helpen we ze daarmee vooruit? Man-zijn is na roken de belangrijkste risicofactor om vervroegd te overlijden. Zelfmoord is in Vlaanderen zelfs de meest voorkomende doodsoorzaak bij mannen tussen 15 en 49 jaar. Mannen leven dus ongezonder, gaan eerder dood dan vrouwen en weigeren vaak gebruik te maken van mogelijkheden om het anders te doen. En dan vinden mannen vrouwen irrationeel?

Happily ever after?

Meisjes bewandelen een ander pad. Van kleins af aan leren we ze dat zij wél hun gevoelens mogen uiten. Het is zelfs gewenst: praten over gevoelens wordt bij meisjes als sociaal gezien, als iets dat helpt om open te staan voor de behoeftes van anderen die je zorg en aandacht nodig kunnen hebben. Dat wordt hen bijna letterlijk met de paplepel ingegeven: onderzoek toont aan dat ouders al in de eerste maanden na de geboorte meer spreken met een dochter dan met een zoon. Zo worden ze taalkundig en communicatief een stuk sterker dan de man. ‘Vrouwelijke kwaliteiten’, heet dat dan.

“Als we de rolmodellen die we meegeven aan jongens en meisjes diversifiëren, veranderen we hoe ze naar de wereld kijken.”

Ook de vrouwenbladen duwen meisjes in een hoekje. Het wordt hen duidelijk ingeprent: ze moeten er goed uitzien. Jongens zullen naar hen verlangen. Dus volgen er experimenten met mascara, foundation en concealer. Lovehandles worden weggewerkt, venusheuvels ontbost. We leren hen om zich niet té losjes te gedragen. Ze moeten hun lichaam (of delen ervan) verbergen. Bij de vrouw is het uiten van verlangen nog al te vaak taboe, emotionele intimiteit mag wel. Die aangeleerde geborgenheid dient in het seksleven als glijmiddel voor het verlangen. Zo glijden ze vaak naar seks toe.

Ook onze populaire cultuur draagt een steentje bij. In films en kinderboeken is het meisje is meestal het lijdend voorwerp; ze figureert in het mannelijke heldenverhaal. Ze moet het doen met een ondergeschikte rol, met minder tekst. Schoonheid en kwetsbaarheid worden beloond met aandacht van de stoere held. Vaak is happily ever after het hoogst haalbare voor het meisje in de film, een eigen ambitieus avontuur is haar zelden gegund.

Op de cover van Girl’s Life: wake up pretty. Op de cover van Boy’s Life: explore your future.

Ook buiten de fictie moet de vrouw het vaak doen met een bijrol in het publieke leven: we zitten nog steeds met een loonkloof van meer dan 10%, er zijn nauwelijks vrouwelijke CEO’s, onze regeringen zijn opvallend mannelijk, de verhouding topambtenaren binnen de Vlaamse overheid is 80-20 en veel meer vrouwen werken deeltijds dan mannen. Slechts 24% van alle mensen die we horen en zien in de media zijn vrouwen.

Je zou kunnen denken: het is toch logisch dat we meisjes en jongens wat anders opvoeden? We moeten wat harder zijn tegen onze komende krijgers. En onze meisjes, die moeten we toch wat meer beschermen? Ik wil niet zeggen dat we het compleet verkeerd aanpakken. Maar we moeten ons wel bewust zijn van de impact van deze aanpak en of die niet aangepast moet worden aan een veranderende maatschappij. Want de wijze waarop we jongens en meisjes opvoeden heeft een grote impact op de jobs die ze verkiezen, hoe ze naar hun lichaam kijken en hoe ze hun seksualiteit vormgeven. Als we de rolmodellen die we meegeven aan jongens en meisjes diversifiëren, veranderen we de wijze waarop ze naar de wereld kijken. Hoe ze zichzelf en anderen zien, welk gedrag ze passend vinden of niet en welke toekomstmogelijkheden ze voor zichzelf en anderen zien.

Beschaving is schaven aan de maatschappij tot de gekke dingen er wat uit gaan

Een schoolvoorbeeld van de impact van rolpatronen op onze jongeren, vind je terug bij de droomjobs die ze verkiezen. Jongens dromen van ambitieuze carrières waarin zij centraal staan: sportman, piloot, astronaut. Meisjes worden van kleins af aan in een meer zorgende, empathische rol geduwd. Als droomjob noemen zij vaker beroepen als onderwijzer, psycholoog of verpleger. Kinderen baseren hun toekomstbeeld op de voorbeelden die ze zien, in het echte leven en in fictie, maar ook op de vaardigheden die we bij hen aanmoedigen.

Uit onderzoek blijkt namelijk dat de verschillen tussen jongens en meisjes het grootst zijn op die gebieden waarop ze het minst getraind worden. Bij jongens is dat bijvoorbeeld empathie, bij meisjes is dat ambitie. De vraag is dus niet waarom vrouwen minder ambitieus zijn dan mannen, maar wel wat we er kunnen aan doen. Zet jongens aan het praten en laat meisjes dromen van een ambitieuze toekomst. Geef meer aandacht aan rolmodellen die meisjes en jongens wars van gender kunnen inspireren: vrouwelijke piloten, vrouwelijke game-ontwikkelaars, mannelijke verplegers, mannelijke onderwijzers.

“Laat kinderen kinderen zijn, wars van gender en laat ze ontdekken welke vaardigheden ze willen trainen.”

Als we de wereld in tijden van #metoo willen veranderen, beginnen we dus best bij de manier waarop we onze kinderen naar de wereld laten kijken. Vaardigheden zijn niet aangeboren, maar worden ontwikkeld door training. Laten we onze kinderen daar alle kansen in geven, zodat we ze de mogelijkheid bieden om bewuste keuzes te maken, wars van geslacht.

Wat kunnen we concreet doen? Er is een chronisch tekort aan inspirerende mannelijke rolmodellen in het dagelijkse leven van jongens. Mannen worden in het onderwijs en in de hulpverlening hoe langer hoe meer een beschermde diersoort. In Vlaanderen kan je bijvoorbeeld de mannelijke seksuologen die een praktijk hebben, makkelijk op twee handen tellen. Net zoals we subsidies uitschrijven om STEM-richtingen (Science, Technology, Engineering, Mathematics) te promoten bij meisjes, moeten we campagnes voeren en subsidies uitschrijven om meer mannen in de zorg en het onderwijs te krijgen.

We moeten meisjes aansporen om STEM-richtingen te kiezen

We moeten ook meer inzetten op het ondersteunen van speelgoedwinkels die genderneutraal speelgoed en kleding zonder stereotiepe opdrukken verkopen. Het is belangrijk om te onthouden dat er niet zoiets bestaat als jongens- of meisjesspeelgoed. Er is niets inherent aan welk speelgoed dan ook, dat het meer geschikt maakt voor een bepaald geslacht. De opdeling is artificieel en enkel gebaseerd op sociale verwachting. Het is dus iets wat in onze macht ligt om te veranderen. Tegelijkertijd baseren we onze keuze eerst en vooral op gender: de spagaat tussen jongens- en meisjesspeelgoed was nooit groter dan nu. Speelgoed zou in de winkel naast en door elkaar moeten liggen. Laat kinderen kinderen zijn, wars van gender en laat ze ontdekken welke vaardigheden ze willen trainen. De overheid zou winkels en projecten die hier inspanningen voor leveren, kunnen ondersteunen.

We kunnen ook projecten ondersteunen waarin meisjes en jongens niet-conforme genderrollen aannemen. Series, tv-programma’s, podcasts, theaterstukken, boeken en alle andere vormen van media die de klassieke rolpatronen in vraag stellen en nieuwe rolmodellen presenteren, verdienen een duwtje in de rug. Pixar en Disney doen dit de laatste jaren erg goed met films als Frozen en Vaiana en ook op Netflix vind je steeds meer series met personages die hokjes doorbreken. Maar ook dan duiken er problemen op. Dat merkten speelgoedhandelaars toen Frozen een kaskraker werd. Plots moesten jongens speelgoed kopen in de meisjeshoek, waarop ze afhaakten.

“Maak ik keuzes omdat de cultuur het van mij verlangt of omdat ik het écht wil?”

Tenslotte kunnen we zelf bewuster zijn van genderstereotypen. Per dag maken we duizenden beslissingen zonder daar altijd bij stil te staan. Laten we onze gewoonten wat vaker in vraag stellen: handel ik hier omdat het zo hoort of omdat dit mij vooruit helpt? Zijn de keuzes die ik maak wel de keuzes die ik wil? Doe ik ze omdat het van mij verwacht wordt, omdat de cultuur het van mij verlangt of omdat ik het écht wil? Doorbreek dus het cliché, verstop je niet achter archaïsche symbolen, maar maak die keuzes die jou en je kinderen vooruithelpen.

Als we de wijze waarop we jongens opvoeden kunnen diversifiëren, zal hun aandeel in onze gevangenissen en verslavingsklinieken hopelijk dalen. Als we meer aandacht hebben voor de gevoelens van jongens, leren ze hopelijk meer uitwegen te vinden dan het beëindigen van hun leven. En als we verwachten dat jongens én meisjes initiatief mogen nemen en dat jongens meisjes niet met dwang moeten overhalen, dan neemt seksueel geweld hopelijk af. “Beschaving is schaven aan de maatschappij tot de gekke dingen er wat uit gaan,” schreef redacteur Thomas al eens. Die maatschappij, dat zijn wij, en de schaaf, die heeft ieder van ons in handen.

 

Lees ook: Boys will be boys? Daar ben ik helemaal klaar mee.
Beeld boven: van Poolse kunstenaar Igor Morski

Schrijf je reactie

3 reacties

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen