Opinie

“Mannen, we wachten op jullie”

Wat mannen te winnen hebben in de strijd voor gendergelijkheid

“Mannen, we wachten op jullie”

Vandaag is Nationale Vrouwendag. Als je dit leest, sta ik een debat te modereren op de Boekenbeurs over Feminisme Vandaag. Daarna sta ik op het boekenforum van een ander feministisch event. Ik voorspel nu al dat de zaal twee keer voor 90 procent uit vrouwen zal bestaan.

Vergeef me mijn cynisme. Maar steeds vaker bekruipt me het gevoel dat ik voor eigen kerk aan het preken ben. Hoewel gendergelijkheid een zaak is van iedereen, zijn het in mijn ervaring toch vooral vrouwen die erover willen bijleren, zich kwetsbaar durven opstellen of de handen uit de mouwen steken. Het is ook grotendeels wat journalist Tom Naegels deze week in De Standaard zegt. Net zoals hij de antiracismestrijd een strijd vindt van zwarte mensen, vindt hij het feminisme ‘een beweging van, voor en door vrouwen’.

Ik kan het niet grondiger met hem oneens zijn. Want hoe kan je de verantwoordelijkheid voor gendergelijkheid enkel op de schouders van vrouwen leggen, wanneer het merendeel van de problemen waar zij tegenaan lopen voortkomt uit het gedrag van mannen? Wanneer de systemen die we bekampen uitgevonden en in stand gehouden worden door mannen aan de top? Nee, wat mij betreft mogen mannen een veel actievere rol beginnen spelen, in plaats van enkel goedkeurend te knikken langs de zijlijn. Anders gaat het nooit wat worden met die gelijkheid tussen mannen en vrouwen.

“Mensen in therapie zijn vaak in therapie om te dealen met de mensen in hun leven die weigeren in therapie te gaan.”

Want op papier mogen we dan wel gelijke rechten hebben, in realiteit zijn we er nog lang niet. De voorbije weken las ik verschillende interviews van vrouwen in de media die voor mij erg tekenend waren. Sarah Vandeursen getuigde in De Standaard over haar moeilijke tijd op de mannelijke redactie van De Ideale Wereld (een plek waar volgens Woestijnvis ‘alle vrouwen gillend weglopen’). Door het haantjesgedrag daar kreeg ze het gevoel dat ze zich als vrouw harder moest bewijzen, waardoor ze aan zichzelf begon te twijfelen en uiteindelijk crashte. “Je wilt niet weten hoe vaak ik me een Jeanne d’Arc gevoeld heb, die vechtend en strijdend ten onder aan het gaan was”, zegt ze. De journaliste en fotografe herkennen haar verhaal. En zij niet alleen.

Dat weekend kreeg ik van verschillende mensen berichtjes. Het besef dat zij niet de enigen waren die zich onverklaarbaar onbekwaam voelden op de werkvloer, tussen al die mannen, kwam hard binnen. We hadden immers jarenlang in ons hoofd gestoken dat het probleem wel degelijk bij ons lag. En de oplossing dus ook. Ik ken verschillende vrouwen die in therapie gingen omdat ze het arrogante en denigrerende gedrag van hun baas of collega’s niet meer aankonden. De vrouwen zijn intussen een paar honderd euro armer, de baas doet vrolijk verder. Mensen in therapie zijn vaak in therapie om te dealen met de mensen in hun leven die weigeren in therapie te gaan.

Dat krijg je dus als je de feministische strijd enkel in de schoenen van vrouwen schuift. Je vraagt de grootste inspanning aan degenen die het meest te verliezen hebben (hun zelfvertrouwen, hun job, hun gezondheid). Terwijl zo veel ellende voorkomen had kunnen worden als de redactie van De Ideale Wereld simpelweg wat meer in de spiegel had gekeken.

“Vrouwen hebben intussen alles gedaan wat ze konden om uit te leggen wat seksisme is en hoe het werkt.”

Een week later deden Maaike Cafmeyer en Charlotte De Bruyne een boekje open in Humo over alledaags seksisme. Cafmeyer ergert zich aan mannen die klagen dat ‘er niets meer mag na #MeToo’. De goesting om voor de honderdste keer uit te leggen wat het verschil is tussen flirten en aanranding, is bij haar stilaan verdwenen. “Zoek zelf een oplossing!’”, antwoordt ze. Want dat heeft zij ook moeten doen. “Van jongs af aan heb ik moeten manoeuvreren tussen mezelf zijn en toch maar weer pleasen, omdat ik niet wist wat er anders zou gebeuren. Nu het niet meer evident is dat mannen zomaar doen wat ze willen, just because they can, moeten ze ook maar eens leren manoeuvreren. En als ze niet in staat zijn een nieuwe weg te vinden, moeten ze zich misschien eens afvragen of ze de macht die hun zo makkelijk te beurt valt eigenlijk wel aankunnen.”

Ik herken haar frustratie. Vrouwen hebben intussen alles gedaan wat ze konden om uit te leggen wat seksisme is en hoe het werkt. Via duizenden getuigenissen hebben we verteld hoe we gekleineerd, aangerand en verkracht worden en hoe we ons hiertegen proberen te beschermen. We stippelen andere routes uit naar huis, volgen zelfverdedigingscursussen en hebben eigen tactieken ontwikkeld om opdringerige mannen af te wijzen. We hebben onszelf en ons gedrag tot in den treure geanalyseerd via workshops, cursussen en zelfhulpboeken. We hebben geprobeerd ons aan te passen en ons kost wat kost in een ‘mannelijk’ model te duwen. Vrouwen zijn te onzeker, klinkt het, we moeten ons meer als mannen gedragen, assertiever en arroganter. YAS QUEEN! ‘Nice girls don’t get the corner office’, zegt bestsellerauteur Lois P. Frankel. Volgens haar saboteren vrouwen onbewust hun eigen carrières door te onzeker te zijn. Tsss.

“Het is aan mannen om zich aan te passen en voor een keertje the emotional labour te doen.”

Kijk, we kunnen aan onszelf blijven sleutelen tot we een Zwitsers zakmes zijn, dat voor elk probleem een handige oplossing tevoorschijn tovert. Maar ik ben er eigenlijk wel klaar mee. Want het werkt niet en het is doodvermoeiend. En volgens mij zit niemand te wachten op een wereld waarin iedereen zich als een eikel (M/V/X) moet gedragen om succesvol te zijn. Volgens journaliste Ruth Whipmann is het tijd voor een andere strategie. Jarenlang hebben we vrouwen verteld dat ze gewoon net iets harder hun best moeten doen om aan de top te geraken, vertelt ze in The New York Times. Be Bossy. Speak Up. Lean In. Genoeg daarvan, zegt Whipman, we moeten vrouwen niet leren om assertiever te zijn en het (vaak laakbare) gedrag van mannen aan de top te kopiëren. Het is aan mannen om zich aan te passen en voor een keertje de emotional labour te doen. Zij moeten leren om empathischer te zijn, te luisteren en af en toe te twijfelen aan zichzelf, net als vrouwen al eeuwenlang geleerd hebben. Het ophemelen en belonen van asociaal haantjesgedrag heeft ons niet veel goeds gebracht, kijk maar naar Donald Trump en Boris Johnson. Alle #MeToo-verhalen zijn niet ontstaan omdat vrouwen te onzeker waren, meent Whipmann, maar omdat sommige mannen totaal geen rekening houden met anderen. “Women generally aren’t failing to speak up; the problem is that men are refusing to pipe down.”

Zolang we eigenschappen als bescheidenheid en de bereidheid tot luisteren en samenwerken niet even waardevol vinden als dominantie en assertiviteit kan er geen gelijkheid zijn.

Dat klinkt natuurlijk allemaal leuk en aardig, maar geeft mannen nog steeds niet genoeg ‘incentive’ (ik blijven even bij managerstaal) om actief deel te nemen aan de strijd voor gendergelijkheid. Maar daar zit net de crux. Mannen hebben er wel degelijk baat bij om stil te staan bij het gedrag van hun seksegenoten en dit in vraag te stelen. Denk maar aan alle bescheiden, introverte en empathische mannen die vandaag ook hun plek niet vinden tussen de haantjes op de werkvloer. Zij zijn met velen, maar durven hier niet altijd voor uitkomen omdat ze de voortdurende druk voelen om zich ‘mannelijk’ te gedragen en zich te bewijzen, terwijl ze soms ook onzeker zijn en aan zichzelf twijfelen, net als iedere normale mens. Wees maar zeker dat het verhaal van Sarah Vandeursen niet alleen voor vrouwen herkenbaar was.

“Wees maar zeker dat het verhaal van Sarah Vandeursen niet alleen voor vrouwen herkenbaar was.”

Mannen worden van jongsaf aan geleerd dat mannelijkheid betekent dat je anderen (vrouwen, mensen van kleur, andere mannen) moet domineren. Je bent beter de man die klappen uitdeelt dan de man die klappen ontvangt. Veel minder aandacht gaat er naar leren communiceren en het aangaan van connecties met anderen (zowel met mannen als vrouwen). Het is dan ook niet verwonderlijk dat mannen vaker kampen met depressies, alcoholproblemen en dat het zelfmoordcijfer bij mannen een pak hoger ligt dan bij vrouwen. Ze leren dat ze zich sterk moeten houden en zich vooral niet kwetsbaar mogen opstellen, met alle schadelijke gevolgen vandien.

De voorbije jaren worden jongens en mannen gelukkig steeds vaker actief betrokken in genderdiscussies. Organisaties als Men Engage Alliance (een internationale organisatie met regionale afdelingen) zetten zich in om verstikkende mannelijke modellen en ongezonde patronen te doorbreken. Ze geven lezingen en workshops aan mannen, van puberende tienerjongens tot zelfzekere CEO’s, en praten met hen over seksueel geweld, machocultuur en mentale gezondheid. Zij geloven dat de sleutel tot gelijkheid voor een groot deel bij jongens en mannen ligt, en dat vrouwen hierbij te winnen hebben, maar in de eerste plaats mannen zelf.

“De asociale haantjes kunnen hun gedrag enkel verderzetten omdat ze daar van andere mannen de toestemming voor krijgen.”

Dus beste Tom Naegels, en bij uitbreiding alle andere mannen die menen dat ze niks bij te dragen hebben aan feminisme; we wachten op jullie. Zonder jullie inzet gaat het niet lukken, echt niet. De asociale haantjes die zo veel stukmaken kunnen dat enkel doen omdat ze daar van andere mannen de toestemming voor krijgen.

Vandaag op Nationale Vrouwendag zullen de zalen gevuld zijn met vrouwen. Maar volgende week is het Internationale Mannendag. Ik hoop dat de zalen dan ook vol zullen zitten met mensen die willen luisteren en bijleren. Met mannen die de verhalen van vrouwen (en andere mannen) écht ter harte nemen en niet zomaar wegwuiven als gejammer. Met mannen die het machogedrag van hun baas, hun broer of collega ook niet meer pikken. Met mannen die durven nadenken over hun eigen aangeleerd gedrag en de moed hebben om zich kwetsbaar op te stellen en hun waarheid te spreken.

Het zou het mooiste cadeau zijn dat we kunnen krijgen voor Vrouwendag.

Foto: Sarah Van Looy

Schrijf je reactie

16 reacties
  • Johan says:

    Van vele mannen en vrouwen hoor ik dat vrouwen in hogere posities zich vaak nog erger gedragen als mannen. Niet op een machistische maar listige en manipulerende manier. Misschien kunnen we het daar ook eens over hebben ipv de dagelijke toxische verhalen over mannen in de meeste kranten? Bovendien blijken ook vrouwen in oude rollenpatronen te blijven steken, hypergamie is nog altijd alomtegenwoordig , misschien kunnen we het ook daar eens over hebben ipv altijd maar met een vinger naar de mannen te wijzen. De voorbeelden zijn legio. Maar als ik dergelijke voorbeelden aanhaal, wordt ik weggezet als seksist en ontkenner. Misschien dat mannen daarom minder deelnemen aan de debatten, omdat ze het gevoel hebben dat enkel als ze meesurfen op het vrouwelijk sentiment er instemmend wordt geknikt, niet als ze de vrouwen ook eens tegen de haren instrijken en op hun eigen toxisch gedrag duiden. Immers toxiciteit is geen geslachtsgebonden eigenschap maar een menselijke eigenschap. Misschien kunt U al eens beginnen met daar notie van ten nemen?

  • Jelle D'Hulster says:

    Het antwoord is aan het groeien… Heart of Men (https://heartofmen.net) is een platform dat mannen aanmoedigt om samen te komen, thuis, in groepjes van ongeveer 8 mannen, om het nieuwe mannen uit te denken.

    Het is een strijd die in twee richtingen werkt… Waar mannen vrouwen vaak fysiek misbruiken, doen vrouwen hetzelfde met mannen, maar dan psychologisch. Dat komt echter zelden naar buiten.

    Net zoals vrouwen al tientallen jaren met hun kwetsuren naar buiten komen en de mannen die kwetsuur stilaan beginnen te erkennen, wordt het tijd dat ook mannen hun kwetsuren leren erkennen en ermee naar buiten durven komen. We worden geleerd om sterk te zijn en niet te huilen… Niet klagen, gewoon verder doen…

    Pas als vrouwen én mannen de eigen kwetsuur en die van de andere erkennen, zal heling mogelijk zijn.
    Het is een verhaal dat in twee kanten richtingen werkt.

    • Jozefien Daelemans says:

      Bedankt voor de tip, Jelle. Ik geef ook graag deze videoreeks als tip mee ‘We are men enough’, die ik doorkreeg van onze huisseksuoloog Wim Slabbinck: http://www.wearemanenough.com/ “Man Enough is a disruptive social movement ignited by a dinner conversation series that explores the heart of traditional masculinity in America.” De conversatie is stilletjes aan het groeien…

  • Edgard Eeckman says:

    Dag Jozefien
    Ik schrijf dit terwijl ik luister naar je verhaal op radio1.
    Tristesse overvalt mij bij dit alles. Ik ben een gewone man met een echtgenote en twee dochters die ondertussen elk twee kinderen hebben. Mannen en vrouwen verschillen en zijn te-gelijk in hun streven om gelukkig te zijn. Vaak begrijp ik de mens niet. Samen is toch veel leuker en sterker? Tijdens mijn doctoraat waarin ‘patient empowerment’ heb bestudeerd, nam ik ook veel lectuur door over ‘women empowerment’ en ik heb nooit begrepen waarom vrouwen (en mensen in het algemeen) onderdrukt ‘moeten’ worden. Ik voel mij nooit aangesproken door het label ‘mannen’ maar ja “gij zijt geen normale man”, zeggen mijn dochters lachend. Misschien omdat ik net erg gevoelig ben en niet bang om mijn emoties te laten zien? Misschien omdat ik niet houd van alfamannetjes en haantjesgedrag? “Mannen, we wachten op jullie”, maakt mij verdrietig. Er zijn ook andere mannen, Jozefien, zoals er ook “andere” vrouwen zijn, vrouwen die de clichébeelden voeden en er hun brood mee verdienen. Ik volg auteur Jens van Tricht die stelt dat feminisme ook goed is voor mannen (https://humanistischverbond.be/kritisch-lezen/16/waarom-feminisme-goed-is-voor-mannen) want ook zij worden te vaak opgesloten in kunstmatig geconstrueerde ideaalbeelden. Enfin, ik dacht, laat ik ook maar eens mijn stem laten horen, nu ik weer de indruk krijg dat alle mannen weer over één kam worden geschoren. In elk geval: voortdoen Jozefien, ik geloof erin. Edgard (www.edgardeeckman.be).

    • Jozefien Daelemans says:

      Bedankt voor je reactie Edgard, fijn om te horen. Toeval wil dat ik Jens Van Tricht enkel jaren geleden ontmoette en interviewde over dit thema: https://charliemag.be/wereld/jensvantricht/. Een gesprek dat me lang zal bijblijven. En fantastisch wat de organisatie Men Engage wereldwijd doet. Als moeder van twee zonen ben ik me heel bewust van de beperkte hokjes waarin mannen ook moeten passen, ten koste van hun menselijkheid. Ik blijf op mijn manier voortdoen, en ik hoop dat er veel mensen zullen volgen. Warme groet, Jozefien

  • Emiel says:

    Ik begrijp nooit wat er bedoeld wordt met patriarchaat. Alsof ik als man niet geconfronteerd wordt met dagelijkse machteloosheid. Een wereld zonder machtsmisbruik is volgens mij niet mogelijk. En dat vrouwen dat beu zijn, begrijp ik genoeg. Ik ben dat ook beu, maar wat doe je eraan?
    Als ik ’s avonds in de stad buiten ga, ben ik ook bevreesd voor mijn fysieke integriteit. Dat een klein groepje psychopaten van mijn geslacht het leven onaangenaam en soms verschrikkelijk maken voor ons allen, neem ik als een vaststaand feit.
    Je kan er tegen protesteren, ik zie niet wat dat helpt. Je moet stevige wetten hebben die mensen beschermen en dan nog zullen die overtreden worden.

    De strijd voor gendergelijkheid en het feminisme slaat daarom volgens mij de bal mis, als het niet de strijd wordt tegen armoede. De meeste criminaliteit en psychische problemen komen voort uit situaties waarin mensen geen kansen krijgen. En vooral mannen in zo’n situaties worden dan gewelddadig, wat niet onbegrijpelijk is. Daarom is de hele discussie over gendergelijkheid voor mij ontstaan vanuit privilege. Mensen die amper rondkomen of amper kansen zien in de arbeidsmarkt, hebben geen tijd om zich daarmee bezig te houden. De echte discussie gaat daarover.

  • jan hautekeete says:

    Karlijne,

    Op mijn beurt kon ik mijn reactie op je wederwoord , niet meer onder dat wederwoord zetten – vandaar post ik het hier afzonderlijk. Het wordt nu wel een beetje puzzelwerk om woord en wederwoord bijeen te houden en het “format” waarin onze gedachtenwisseling zich nu bevindt, maakt het wat moeilijker om de draad van argumentaties niet uit het oog te verliezen.

    In de column worden mannen opgeroepen tot inbreng in het feminisme.

    Ik vind, zoals Tom naegels, dat het feminisme een streven van vrouwen is.

    Ik vind , bovendien, dat het feminisme , als ideologie, inherent geen “ideologische” ruimte biedt aan mannen. Dat is géén verwijt van mijn kant, het is iets dat ik vaststel :
    Het begrippenapparaat van het feminisme, linkt mannen en mannelijkheid per definitie aan problematisch gedrag en daderschap – kernbegrippen als patriarchaat, “male privilege”, “toxic masculinity” verwijzen in de feministische ideologie naar structuren of constructies die problematisch zijn en hebben onveranderlijk een connotatie met mannelijkheid.
    Mannen passen maw niet in de “mechaniek” van het feminisme; ze hebben geen functie in de ideologische motoriek. In het overgrote deel van de feministische stromingen zijn mannen dan ook hoogstens “ allies”.

    Mijn grootste bekommernis – en hier heb ik dus wél een fundamenteel verwijt – is dat het een identitaire ideologie is. Zoals alle identitaire ideologieën , splitst het de samenleving op in een tweedeling, waarbij de andere dan de eigen identiteit “daders” zijn, en de eigen identiteit “slachtoffers” en verklaart het de samenleving vanuit die identitaire tweedeling. Ik vind dat een per definitie polariserend model, dat juist verhindert complexere mechanismen aan het werk te zien en tot een echte oplossing te komen. Ik weet dat het (tamelijk recente) intersectioneel denken daar een corrigerende laag boven legt, maar het laat het kernmechanisme van het identitaire verklaringsmodel ongemoeid. In dit identitaire model blijft het – cru gesteld – onveranderlijk het “mannenkamp” dat de problemen veroorzaakt.

    In die setting moet je volgens mij dus niet verwonderd zijn dat feministische evenementen voor 90 pct uit vrouwen bestaan. Het feminisme zorgt zelf voor dat soort exclusie. ( om te vergelijken met een andere identitaire beweging : op een Vlaamsnationalistische congres moet je niet verwonderd zijn dat er 90 pct vlaamsnationalisten zijn en weinig Walen of Belgicisten)

    En ja, ik denk dat het overgrote deel van de problemen die als genderproblemen worden voorgesteld, diepere wortels hebben die het identitaire ver overstijgen. Ik heb zelfs grote moeite om een probleem te vinden dat écht enkel een genderprobleem zou zijn – ik vind er geen; ik zie eigenlijk voortdurend andere socio-economische factoren meespelen.

    Een voorbeeld daarvan is een artikel dat enkele jaren geleden werd gepubliceerd over seksisme op straat ( Time magazine, Kay Hymowitz, 2014 ), iets wat sedert #wijoverdrijvenniet en de zgn seksismewet van 2014 een “hot item” blijft.
    In het artikel stelt Hymowitz dat “street harassment” niets te maken heeft met seksisme , maar veel meer met klasse ( class privilege).
    ( [https://time.com/3556523/street-harassment-isnt-about-sexism-its-about-privilege/] )

    Wat ik hierboven zeg , is geschematiseerd door gebrek aan ruimte en tijd – het is een heel stuk minder genuanceerd dan ik zou willen. Ik besef dat het nu kwetsend of lapidair kan overkomen, en dat is absoluut niet de bedoeling – bij voorbaat mijn excuses ( het gebeurt nog wel ’ns dat ik tussenkom op enkele platforms, en alhoewel ik scherp kan zijn, let ik er altijd op om nooit onbeleefd, agressief of persoonlijk te worden )
    Ik heb de wijsheid ook niet in pacht : alhoewel ik aanvoel dat genderproblemen complexere oorzaken hebben, en ik stukken van die complexere oorzaken kan zien, heb ik geen klaarliggende en afgewerkte analyse van die complexere oorzaken.

    Tenslotte denk ik dat wat je zei over “white male fragility” ( mijn white male fragility 😉 ), waarschijnlijk niet zo kwetsend bedoeld was als ik het oorspronkelijk had ingeschat. Dan heb ik er ook geen enkel probleem meer mee ( alhoewel ik het er niet mee eens ben).

    vriendelijke groet

  • Bart C says:

    Dank je, Jozefien. Een helder stuk met vele passages die de vinger op de wonde leggen en waarin ik mezelf wel herken. Ik nodig iedere man die aan zelfontplooiing wil doen om dit te verkennen onder andere zoekende mannen. Dit is een thema dat meer en meer aandacht krijgt in de media en mijn verbazing was dan ook groot dat het aantal deelnemers aan het Mannenfestival in Oud Heverlee niet verdubbeld was tov het jaar ervoor. Maar dit wees mij op de bubble waarin ik leef en mijn besef dat ik meer ambassadeur moet zijn is daar ook door gegroeid. Ik wens je veel kracht toe op je weg. Met vriendelijke groet, Bart

    • Jozefien Daelemans says:

      Dankjewel voor je fijne reactie, Bart. Dat doet echt deugd om te lezen. Ik vestig mijn hoop op de jongere generatie. Maar het is belangrijk dat het onderwerp intussen onder de aandacht blijft. Ik wens je ook veel kracht en empathie toe tijdens je ambassadeurschap. Warme groet, Jozefien

  • Karlijne I says:

    Jan,

    Ik kon mijn reactie niet meer onder de jouwe plaatsen dus ik schrijf deze hier. 

    De definitie ” het streven naar een gelijkwaardige behandeling van vrouwen ten opzichte van mannen, m.n. op het maatschappelijke, economische en juridische vlak, en naar doorbreking van de traditionele rolpatronen ” duidt toch duidelijk het streven naar gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen aan? Terwijl u in uw eerste zin in de eerste comment zegt dat feminisme niet hetzelfde is als een strijd voor gendergelijkheid? 

    De kritiek op het patriarchaat vertrekt van een vrouwelijke bril ja, akkoord, omdat 1) historisch gezien de wereld is ingericht vanuit een mannelijke bril -> vrouwen wouden dezelfde rechten (vandaar de ten opzichte in de definitie) en 2) de onderdrukker ging die ongelijkwaardigheid natuurlijk niet zelf ontmantelen, dus moest het wel van de vrouwelijke kant komen. De kritiek en de vrouwelijke bril was en is nodig in de strijd naar gelijkwaardigheid. Het hele punt van dit artikel is een oproep, een uitnodiging van feministen als het ware, voor die mannelijke bril (#introspectie). Welke brillen er ook worden bijgehaald, het doel van feminisme blijft wel gelijkwaardigheid. 

    Feminisme is ontzettend breed en kent veel stromingen en ideeën. Het is echter niet omdat Butler kritiek had op binair denken dat feministen daar toen en nu niet mee akkoord zijn? De meeste feministen die ik ken willen maar al te graag dat gender wordt gezien voor het spectrum dat het is. Dat wordt ook helemaal niet tenietgedaan door campagnes als “stem vrouw”. Dat vind ik persoonlijk een simplistisch argument om te zeggen dat feministen in m/v denkkaders werken. Ikzelf zou baten bij meer (cis en trans) vrouwen in de politiek en ga akkoord met de campagne. Daarnaast zou ik ook graag non-binaire personen in de politiek willen, maar het is niet omdat ik dat niet in een slogan steek dat ik binair denk. 

    Wat ik mij afvraag is het volgende: heeft u nog nooit toxic masculinity gezien? Ziet u het niet als een probleem of stoort het u gewoon dat er niet gesproken wordt van toxic femininity? Als u spreekt over noties als “patriarchaat”, bent u dan niet akkoord met het feit dat vrouwen een ondergeschikte positie hadden/hebben? Of denkt u dat het zo was maar dat vrouwen nu wel gelijkwaardig zijn, en het patriarchaat dus reeds ontmanteld is? Zoja, wanneer was die gelijkwaardigheid dan bereikt?  

    Ik denk persoonlijk niet in man/vrouw identiteiten maar ben wel een feminist (in wording, ik blijf leren van o.a. Jozefien Daelemans). Ik ben wel akkoord met uw stelling dat maatschappelijke problemen complex zijn en diepe wortels hebben. Ik ben er van overtuigd dat mannen baat kunnen hebben bij het feminisme (vrijheid in emotionele expressie, vrij van druk om mannelijk te moeten zijn, etc.). Ik denk ook dat we het patriarchaat als systeem en mannelijkheid moeten kunnen loskoppelen van individuele mannen. Een mens is erg multidimensionaal en mannen kunnen dus zowel toxische kenmerken vertonen in een bepaalde situatie alsook een steun zijn voor vrouwen in andere situaties. Zoals ik het begrijp, vraagt Jozefien aan mannen om hun eigen gedrag eens onder de loep te nemen om die gelijkwaardigheid fatsoenlijk te verkrijgen (met voordelen voor iedereen involved), niet om elke man op een spies te steken of te ‘demoniseren’.  

    Tenslotte wil ik nog een bedenking meegeven bij de zin: ‘Al eens gedacht welke boodschap dit meegeeft aan jonge jongens’. U stelt deze vraag in de context van feminisme, ik stel me die vraag in de context van het patriarchaat. Hier een link naar een artikel dat beschrijft hoe een vierjarige jongen zijn nagels wou verven, maar zich al snel bewust werd van mogelijke judgements die gingen komen (https://www.insider.com/alicia-keys-son-was-scared-to-wear-rainbow-manicure-2019-11?fbclid=IwAR1xCaGCnc_UpH7Z5iOBETgZb2q6F1m1ke-B4JBot3FBGNnygVytN7jXbvU). Ik denk dat menig feminist deze jongen alleen maar zou aanmoedigen om zijn nagels te verven. Kan u hetzelfde zeggen van de gemiddelde man in deze patriarchale maatschappij? 

    • jan hautekeete says:

      Karlijne,

      Allereerst, bedankt voor je reactie. Het doet altijd deugd een doordacht weerwoord te krijgen.

      Toch ben ik het niet echt met je eens :

      Je schrijft dat de definitie van “feminisme” uit de “grote” Van Dale – definitie die het heeft over “het streven naar gelijkwaardige behandeling van vrouwen ten opzichte van mannen” – zou duiden op een (algemeen) streven naar gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen. Wel, ik denk dat het in de eerste plaats duidt op het streven naar de gelijkwaardigheid van vrouwen ten opzichte van mannen , maar dus niet omgekeerd.
      Wat met de situaties waarin mannen niet gelijkwaardig met vrouwen worden behandeld ? Een echte gelijkwaardige behandeling zou uitgaan van de gelijkwaardigheid van elk van de zijden tegenover de andere , en niet enkel van één zijde tegenover de andere. Ik denk dat ook die definitie dus wel degelijk duidt op een éénzijdige kijk op gelijkwaardigheid, vanuit vrouwelijk perspectief. En op zich, geen probleem mee uiteraard ! Maar het bevestigt me wel in de stelling dat feminisme een zaak van vrouwen is, en mannen daar in se geen ruimte in krijgen.

      Ik heb ook mijn bedenkingen bij het a priori gebruik van de notie van het “patriarchaat”, wat – naar mijn mening – veel te veel als een evidentie wordt aangenomen. Ook die notie gaat uiteindelijk weer terug op het binaire verklaringsmodel van “man als onderdrukker, vrouw als slachtoffer”. Ik meen dat dit veel en veel te simpel is als maatschappelijk verklaringsmodel, en als model, polariserend werkt ( en dus verdeeldheid schept in plaats van ze op te lossen). Ik vrees dat het stoppen bij dit binaire verklaringsmodel, ons juist verhindert om complexere mechanismen aan het werk te zien. Cru gesteld ( en karikaturaal uiteraard !) hebben mannen de indruk dat feministen als wereldverklaring stellen dat het “toch allemaal de schuld is van mannen of het mandom”. Vrouwen zijn nooit ergens structureel verantwoordelijk voor. Op die manier is het “patriarchaat” als leitmotiv, een soort gigantische excuustheorie, die de oorzaak van elk probleem in het “mannenkamp” legt.

      Ook het feit dat het feminisme alléén uitkomt bij toxic masculinity (en het in zijn theorievorming trouwens alleen over masculinity heeft als toxisch zijnde, is symptomatisch en duidt op die éénzijdige kijk – een “bias”.

      Ik denk dat het feminisme wel tot op zekere hoogte zijn rol heeft als diagnose – tool ( het laat scheeftrekkingen oplichten ), maar absoluut tekort schiet en ongeschikt is om als tool-tot-oplossing te dienen.

      Problemen waar mannen en vrouwen mee kampen, waar mensen mee kampen, zijn naar mijn mening niet terug te brengen tot een model waar het ene gender structureel de dader is en de ander het slachtoffer.

      In je reactie lees ik , dat je het enkel hebt over “toxiciteit” als je het over mannen hebt – vind je dat dan niet vreemd ? Zijn vrouwen altijd , of “structureel” het slachtoffer ? Is er echt enkel “male privilege” ? Waarom spreekt het feminisme altijd en overal in dergelijke antagonismen ? Wie in antagonismen spreekt, wekt antagonisme op, denk ik dan. Je oogst wat je zaait.

      Soms ( vaal zelfs) vind ik het feminisme kwetsend simplistisch : zeker waar feministen mannen menen te moeten vertellen ( mag ik “femsplaining” gebruiken, of bestaat dat niet 😉 ) dat ze moeten leren hun emoties te uiten … ik denk dat dat helemaal ook geldt voor vrouwen. je zou zelfs kunnen zeggen dat mannen behoedzamer lijken om te gaan met emoties, omdat ze beter de waarde en de kracht ervan onderkennen – ze drukken hun emoties uit in wat ze maken, in architectuur , kunst en cultuur door de eeuwen heen.

      De isolatie , waar Jozefien Daelemans naar verwijst, het uitblijven (naar haar mening) van mannen en hun inbreng , is dus een zelf gecreëerde isolatie – naar mijn mening. Ik vind het zelfs vreemd dat ze zich verwondert over het feit dat haar publiek uit 90 pct vrouwen bestaat op feministische evenementen…

      Dit gezegd zijnde, vind ik het heel waardevol, dat ook “tegenstanders” met mekaar blijven praten, en in sereniteit ( en welwillendheid als het kan) hun argumenten kunnen laten gelden – ik vind trouwens evengoed dat alle mensen gelijkwaardig moeten behandeld worden, maar vind het feminisme geen goede tool en soms zelfs een obstakel daartoe.

      Vriendelijke groet.

      • Karlijne I says:

        Gelijkwaardigheid is gelijkwaardigheid. Als mannen in bepaalde situaties ondergeschikt zouden staan aan vrouwen, is die gelijkwaardigheid natuurlijk niet bereikt. Ik ben dan wel heel benieuwd naar welke situaties dat zijn, en al zeker voor een vrouw tijdens de eerste feministische golf? Als we naar de afgelopen eeuwen kijken komt de vrouw vanuit een ondergeschikte rol in de maatschappij (ik hoop niet dat ik hier concrete voorbeelden ga moeten bijhalen). Het is niet omdat ons rechtssysteem verbeterd is, dat die geschiedenis geen sporen meer nalaat. 

        Er bestaat wel degelijk een stigma op mannen die hulp nodig hebben en dat openlijk willen uiten (Mahalik & Dagirmanjian, 2019: https://journals.sagepub.com/doi/10.1177/1557988319850052 en https://www.youtube.com/watch?v=dVsbYas4tVo een gesprek tussen 6 mannen in Hollywood over de druk van traditionele mannelijkheid). Maar inderdaad, iedereen moet zijn emoties kunnen uitdrukken, ook vrouwen. Ik zie vrouwen daar gewoon niet zoveel moeite mee hebben, zowel in mijn persoonlijk leven, in de media als in wetenschappelijk onderzoek. Daarbij snap ik niet waarom het simplisme in dat statement kwetsend moet zijn. Dat wijst voor mij op die fragiliteit. Ik denk misschien dat daar gewoon het probleem zit dat u aankaart. Als iemand tegen mij zegt ‘je doet iets fout’, zal ik in mijn emotionele leefwereld eerst een defensieve reactie hebben (wat mijzelf polariseert t.o.v. de persoon die het mij zegt 😉 ). Het is dan wel aan mij om een keer in en uit te ademen en te onderzoeken wat ik eigenlijk doe, i.p.v. mezelf blind te gaan verdedigen. 

        Waar u het feminisme kwetsend simplistisch vindt, vind ik uw beeld van feminisme kwetsend simplistisch. Voor mij is feminisme een manier om bestaande machtsstructuren in de wereld te analyseren en te ontmantelen. Historisch gezien inderdaad vanuit een vrouwelijk perspectief (en terecht!), maar het feminisme is gelukkig dynamisch en is geëvolueerd tot iets veel breders dan een “M/V strijd”. Intersectionaliteit (Kimberlé Crenshaw) is daar een prachtig voorbeeld van, en analyseert trouwens niet uitsluitend onderdrukkingsmechanismen t.o.v. vrouwen. 

        Als ik het goed begrijp, vindt u feminisme polariserend. Verder snap ik u niet heel goed. Denkt u dat seksisme niet meer bestaat? Wil u wat meer input van mannen in de oplossing? Is dat niet net wat er wordt gevraagd? Of wilt u gewoon opmerken dat het inderdaad goed zou zijn om mannelijke stemmen erbij te halen (in het tegengaan van seksisme welteverstaan, niet om te zeggen dat er geen problemen zijn) maar dat zolang er ergens een labeltje met feminisme bijstaat, we het zelf gezocht hebben dat mannen niet meedoen? Ook: wat is volgens u een voorbeeld van een probleem dat door feministen als een genderprobleem wordt gezien, maar volgens u diepere wortels heeft? En wat zijn die wortels dan? 

        Groetjes 

  • Jan Hautekeete says:

    Wel … het hele debat zou ermee gebaat zijn indien we “feminisme” en “ de strijd voor gendergelijkheid” niet met mekaar zouden blijven verwarren – zoals nu ( en moedwillig ) gebeurt .

    “Feminisme” is inderdaad een strijd van en door vrouwen – het héét om die reden ook “feminisme” ( van het latijnse “Femina”, vrouw ). Het is bovendien een identitaire ideologie , waar de bias tegen mannen en mannelijkheid is ingebakken ( en mij niet gelaten , want dat kan bevrijdend werken, maar heb de moed het te zien voor wat het is ) : een ideologie die uitgaat van de“mannen als daders, vrouwen als slachtoffers” – mantra – je column schrijft zich trouwens mooi in dit discours in. Een ideologie die  – uiteraard , en in  lijn met haar interne logica – enkel uitkomt bij “toxic masculinity” en niet bij vormen van toxic femininity.  Een ideologie die de wereld bekijkt met een “M vs V “- bril en maatschappelijke problemen extreem reduceert tot dat simplistisch polariserend denkkader, waar alle problemen – uiteraard – structureel in één kamp gelegd worden.  En nogmaals, ons, mannen, niet gelaten en we weten en zien dat identitaire ideologieën, langs de krijtlijnen van gender, ras/volk of religie/ideologie ,  het huidige maatschappelijk denken bepalen  – met alle sociale fragmentering en polarisatie vandien. Maar ook aan dat soort zelf opgeroepen polarisatie moet je je dan verwachten.

    Er is voor mannen geen luisterbereidheid of ruimte in een identitair discours dat van een exclusief vrouwelijk uitgangspunt vertrekt – en dat is ok, dat soort solipsisme heeft zijn voordelen én zijn verwezenlijkingen.

    Zelf behoor ik tot een klein geworden kring van mensen die meent dat 95% van de problemen waarmee we worstelen, niet te reduceren zijn tot M/V, Ras/volk of religie/ideologie – identiteiten, en een veel bredere, complexe socio-economische grond hebben. Vroeger heette juist die laatste visie bij uitstek  “links” – en we zien allemaal hoe dit klassiek links moet inboeten ten nadele van identitaire stromingen.

    Maar verwijt 95 procent van de mannen niet dat ze niet door een deur gaan , waarop odieuze identitaire ideologische concepten als “patriarchaat”, toxic masulinity en “daderschap” het equivalent geworden zijn van de vroegere bordjes “vreemdelingen niet toegelaten” en waar ze hoogstens als “allies” geduld worden. Ieder oogst wat hij/zij zaait.

    Grosso modo in dezelfde zin : Griet Vandermassen “ Vrouwendag is nog steeds niet boeiend” [https://www.standaard.be/cnt/dmf20191108\_04707685] , waar ze de demonisering van mannelijkheid door het feminisme aanklaagt.

    • Monique Bal says:

      Het feminisme is een moeilijke strijd, want het is een strijd van onderdrukten. En ja, dat komt door het patriarchaat. En ja in West Europa was dat de blanke man.
      Anders dan minder bedeelden, onderworpen volkeren en slaven werden vrouwen tot de klasse van hun man toegelaten maar ze hadden er geen eigen stem en ze hoorden zich te gedragen.
      En zoals welwillende blanke mannen in de V.S. hun donkerdere medemens hielpen in zijn strijd tegen slavernij, zijn heel veel goedwillende mannen de vrouwen in hun strijd voor emancipatie genegen. Het zijn niet altijd de machtigsten.
      Samen met die mannen willen wij vrouwen strijd voeren voor onze plaats in ons aller samenleving. Wij zullen daarvoor uiteraard de meeste inspanningen moeten doen en zij hun macht voor ons gebruiken.
      We komen er wel door ‘survival of the fittest’. Dat is niet de sterksten, maar de best aangepasten.

    • Karlijne I says:

      De basis van heel uw reactie klopt al niet. Feminisme betekent: ‘het streven naar gelijke rechten voor vrouwen en mannen’ (https://www.vandale.nl/gratis-woordenboek/nederlands/betekenis/feminisme#.Xcq4Ny2ZPUI ). Doorheen de geschiedenis heeft feminisme verschillende perspectieven en stromingen gezien, de basis blijft hetzelfde. 

      Verder klopt het ‘feminisme is een ideologie die de wereld bekijkt met een “M vs V”-bril’ – verhaaltje dat u probeert te verkopen ook niet. Het aanklagen van het binair denken in onze maatschappij komt rechtstreeks van het feminisme (Judith Butler). 

      Uw reactie is eigenlijk gewoon “white male fragility” in een jasje van dure woorden, waaruit blijkt dat u nog nooit een letter feministische literatuur hebt gelezen.

      • jan hautekeete says:

        Karlijne,

        Om te beginnen neem je de veel te korte en te simpele definitie  van “feminisme” zoals die in de gratis ( en beperkte) versie van het woordenboek “van Dale” staat.
        De ruimere – en meer correcte – definitie in de “grote” van Dale, geeft een andere omschrijving van “feminisme”:
        ” het stre­ven naar een ge­lijk­waar­di­ge be­han­de­ling van vrou­wen ten op­zich­te van man­nen, m.n. op het maat­schap­pe­lij­ke, eco­no­mi­sche en ju­ri­di­sche vlak, en naar door­bre­king van de tra­di­ti­o­ne­le rol­pa­tro­nen ” 

        Het uitgangspunt is hier dus wel degelijk het vrouwelijk uitgangspunt.

        En dat doen ook andere , grotere woordenboeken :

        De franse “Larousse” geeft als definitie van feminisme :

        ” Mouvement militant pour l’amélioration et l’extension du rôle et des droits des femmes dans la société.” 

        Ook hier zie je een bij uitstek vrouwelijk uitgangspunt (van mannen is in deze definitie zelfs geen sprake meer)

        Dat doet ook de Duitstalige Duden :

        Richtung der Frauenbewegung, die, von den Bedürfnissen der Frau ausgehend, eine grundlegende Veränderung der gesellschaftlichen Normen (z. B. der traditionellen Rollenverteilung) und der patriarchalischen Kultur anstrebt. 

        Interessant is dat de Duden ook letterlijk in zijn definitie meegeeft, dat het een beweging is , die van de “bedurfenisse der Frau” uitgaat. 

        Feminisme is dus wel degelijk een kijk op de wereld, die vanuit het vrouwelijke uitgangspunt uitgaat  – én daar ook door is beperkt.

        Je spreekt verder tegen dat het feminisme een ideologie is die de wereld bekijkt door een M/V – bril. Wel , dat is nochtans juist de kritiek die Butler had en heeft op het huidige feminisme.
        En in de praxis van het feminisme  blijkt dit ten overvloede, denk maar aan campagnes als “stem vrouw” of acties die enkel voor vrouwen toegankelijk zijn.

        En denk ook aan het feit dat het feminisme, als ideologie, enkel uitkomt bij “toxic masulinity” , maar niet bij iets als toxic femininity. 

        In de praktijk en in column, lees ik voortdurend dat feministische auteurs, problemen van vrouwen bij mannen leggen . Het is een eindeloos  verhaal van “mannen als daders, vrouwen als slachtoffers”.Je ziet dat ook in de column hierboven – en ja, dat is een erg binair en polariserend schema.

        Ook een auteur als griet Vandermassen klaagt de “demonisering” of criminalisering van mannelijkheid door het feminisme aan.

        Mijn fundamentele kritiek is dat het denken in man/vrouw identiteiten ( en bij uitbreiding ook de andere identitaire stromingen ), een véél te simpel denkkader is om maatschappelijke problemen te vatten en zeker om ze op te lossen. Het staat de oplossing zelfs in de weg, doordat dergelijk identitaire denken per definitie polariseert en opdeelt .

        Ik meen dat 95 pct van problemen die nu als “seksisme” worden benoemd, helemaal géén M/V problemen zijn, maar veel diepere en bredere wortels hebben.

        Identitaire ideologieën – zoals het feminisme – weigeren echter verder te kijken , en stoppen bij een man / vrouw denken  – hun resultaat zijn dan uiteraard noties als “patriarchaat”, “male privilege” , “toxic masulinity”, enz … allemaal noties die gebonden zijn aan mannelijkheid als probleem, als veroorzaker. Al eens gedacht welke boodschap dit meegeeft aan jonge jongens ?

        Je wil mannen meekrijgen in het streven naar gendergelijkheid  ? Tijd om verder te kijken dan het feminisme. Tenminste als het streven naar gendergelijkheid je menens is.

        Tot slot : we kunnen discussiëren zonder “op de man” te spelen en persoonlijke verwijten te maken als die welke je in je laatste zin maakt.

        Vriendelijke groet.

Jozefien was in een vorig leven art-director bij de vrouwenbladen en is nu kapitein van het Charlie-schip. Haar stokpaardjes zijn gendergelijkheid, beeldvorming in de media en het opvoeden van twee luidruchtige jongens.

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen