Doorgelicht

We zijn allemaal gevoelig voor gendermythes

Zo scoorden jullie op de Grote Gender Quiz

We zijn allemaal gevoelig voor gendermythes

Vorige week lanceerde Charlie de Grote Gender Quiz. Hoeveel weten onze lezers over de zogenaamde verschillen tussen mannen en vrouwen? Best veel, maar sommige misvattingen blijven ons misleiden. Want testosteron maakt agressief. Toch?

De feiten op een rijtje: 1.160 mensen vulden de Grote Gender Quiz in: 81% vrouwen, 17% mannen en 2% die zich noch als man of als vrouw identificeert. De grootste groep deelnemers was tussen de 25 en 34 jaar oud (42%). 25% van de deelnemers waren tussen de 35 en 44 jaar, 16% tussen de 15 en 24 jaar, 12% tussen de 45 en 59 jaar en 4% zestigplusser.

De 10 stellingen die we aan onze lezers voorlegden en die zij moesten beantwoorden met waar of niet waar, waren de volgende :

1. Vrouwen praten meer dan mannen.

2. Mannen zijn biologisch gezien gewoon minder monogaam dan vrouwen.

3. Vrouwen vinden hun gezin belangrijker dan hun werk en zijn meer toegewijd aan hun gezin dan mannen.

4. Vrouwen zijn minder goed in wiskunde, omdat hun hersenen anders zijn dan die van mannen.

5. Mannen zijn van in de oertijd jagers: zij hebben altijd voor het eten gezorgd voor het hele gezin, terwijl de vrouwen voor het gezin zorgden.

6. De gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen is iets van de moderne tijd. Voordien waren mannen altijd de baas.

7. Mannen gingen in de oertijd op jacht, en daarom is hun ruimtelijk inzicht beter. Dat verschil in de hersenen zie je vandaag nog: ze kunnen beter parkeren dan vrouwen.

8. Mannen zijn vaker ziek dan vrouwen.

9. Jongens zijn agressiever dan meisjes. Dat komt door hun hoger testosteronniveau.

10. Het is bewezen dat vrouwen van nature zorgzamer zijn dan mannen. Mannen hebben dit gewoon niet zo sterk in zich als vrouwen.

Spoiler alert: alle stellingen zijn onwaar. Wie er het fijne van wil weten, kan de quiz hier nog eens invullen en de antwoorden van wetenschappers en experts nalezen. Meer achtergrondinformatie vind je ook in de drie onderzoeksreportages die we schreven en het interview met sociologe en genderdeskundige Katrien Van der Heyden.

De resultaten

Jullie brachten het er goed vanaf, met een gemiddeld resultaat van 66% op de Gender Quiz! Geslaagd dus, maar geen onderscheiding.

Mannen en vrouwen scoorden ongeveer even goed op de test, respectievelijk 64,2% en 64,5%. Opvallend is dat mensen die zich als X identificeren veel beter scoorden, namelijk 72%. Misschien omdat wie zelf niet in een genderhokje past, makkelijker buiten de genderstereotypen kan denken.

Een ander opmerkelijk verschil is dat de jongere generaties veel beter scoorden dan de oudere generatie. De 15 tot 34-jarigen scoorden gemiddeld 67% op de quiz, 35 tot 44-jarigen scoorden 63%, 45 tot 59-jarigen scoorden 60% en de generatie zestigplussers was met 55% met de hakken over de sloot.

Uiteraard is onze quiz geen representatief, wetenschappelijk onderzoek, daar moeten we niet flauw over doen. Mensen die Charlie Magazine lezen zijn al overtuigd van het feit dat genderclichés niet altijd kloppen. Maar het is wel een boeiende steekproef die laat zien dat het ene onjuiste stereotype hardnekkiger voortleeft dan het andere.

“Het cliché dat mannen van nature gewelddadiger zijn dan vrouwen doet beide geslachten geen eer aan.”

De stelling die bijvoorbeeld het vaakst fout werd beantwoord (zowel door mannen als door vrouwen), was “Jongens zijn agressiever dan meisjes. Dat komt door hun hoger testosteronniveau”. Zo eenvoudig is het echter niet, en het cliché dat mannen van nature gewelddadiger zijn dan vrouwen doet beide geslachten geen eer aan. Of je geweld gebruikt hangt namelijk veel meer van de context en je opvoeding af dan van je hormoonhuishouding. Ons gedrag beïnvloedt namelijk ook onze hormonen. Zo zakt het testosteronniveau bij mannen die pas vader geworden zijn. Het is een complexe wisselwerking van natuur en cultuur die niet zomaar te vatten is in een stelling als ‘mannen zijn agressief vanwege hun testosteron’. Zo is het meemaken van familiaal geweld een veel belangrijkere indicator of iemand later zelf gewelddadig zal worden, dan zijn testosteronniveau.

Ook de stelling “Het is bewezen dat vrouwen van nature zorgzamer zijn dan mannen. Mannen hebben dit gewoon niet zo sterk in zich als vrouwen” werd vaak fout beantwoord (slechts 57% juiste antwoorden). Er is niet voldoende wetenschappelijk bewijs dat mannen biologisch gezien niet zo zorgzaam zijn. Dat geldt ook voor de stelling dat mannen in de oertijd voor het eten zorgden en vrouwen voor de kinderen (51% juiste antwoorden). Nieuw onderzoek wijst uit dat vrouwen ook op jacht gingen en vaker kleinere dieren vingen. Daarmee zorgden zij voor een groot deel van de calorie-inname van de groep. Bovendien was de jacht niet de belangrijkste bron van voedsel; dat waren knollen, bessen en planten. We kunnen dus niet zomaar stellen dat de mannetjes de providers waren en de vrouwtjes voor de kinderen zorgen, dat is een vereenvoudigd beeld dat wij de laatste eeuwen zelf hebben geprojecteerd op het verleden, met de aannames die de onderzoekers in die tijd hadden over gender. Je leest er hier meer over.


Waarom we deze quiz maakten

Er wordt in de media veel aandacht besteed aan zogenaamde biologische verschillen tussen mannen en vrouwen. Mannen kunnen beter kaartlezen, vrouwen zijn empathischer; we lezen zulke beweringen zo vaak dat we er niet meer van opkijken. Met deze quiz wilden we er wel eens uitgebreid bij stilstaan. Want onjuiste beweringen doen over gender is niet vrijblijvend.

Ten eerste omdat genderstereotypen ons gedrag en onze samenleving beïnvloeden. Zo kan het idee dat mannen niet zorgzaam zouden zijn vanwege hun biologie ronduit schadelijk zijn. “Het is belachelijk dat je als samenleving mannen die net een kind hebben gekregen vertelt: ‘Oh leuk hoor, maar jij moet vooral zo snel mogelijk weer aan het werk,” zegt Jens Van Tricht, oprichter van ‘Emancipator’ in Nederland in dit interview. “Het is een institutioneel probleem dat mannelijke zorg niet serieus wordt genomen. Men gelooft het niet, waardeert het niet, faciliteert het niet.”

“We moeten voorzichtig omgaan met gendermythes omdat ze moeilijk zijn te ontkrachten als we ze eenmaal geloven.”

Het idee dat mannen minder zorgzaam zijn dan vrouwen lijkt vooral een gendercliché dat handig gebruikt, of beter misbruikt, wordt om mannen niet te geven waar ze recht op hebben: de mogelijkheid om meer tijd door te brengen met hun kinderen.

Ten tweede moeten we voorzichtig omgaan met gendermythes omdat ze moeilijk zijn te ontkrachten als we ze eenmaal geloven. Voor onze hersenen zijn zulke mythes namelijk makkelijk te verteren. We zijn geneigd om gedrag te verklaren vanuit eigenschappen, waaronder dus eigenschappen die we als typisch “mannelijk” of “vrouwelijk” zien. Gedrag verklaren vanuit een context, kost ons meer moeite. Als een man vaak het woord neemt in een vergadering, dan zijn we eerder geneigd te denken dat hij veel zelfvertrouwen heeft, dan te denken dat hij in het verleden veel aanmoediging en complimenten ontvangen heeft voor zijn bijdrages. Dit heet een fundamental attribution error, in psychologenjargon.

Herhaling is ook cruciaal: dat we bepaalde mythes steeds opnieuw horen, maakt dat we sneller geneigd zijn om ze als waarheid te zien. Ze klinken zo vertrouwd dat ons brein al snel denkt dat ze wel juist moeten zijn. Dit is het zogenaamde mere exposure effect. En dan is er nog de confirmation bias: als we iets al geloven, zijn we geneigd om bewijs te zoeken en onthouden dat onze opvatting bevestigt. Bewijs dat onze opvatting tegenspreekt, negeren of vergeten we gemakshalve.

Media kunnen mythes maken en breken

We hebben allemaal last van fundamental attribution errors, mere exposure effect en confirmation bias, ook journalisten. Neem Joël De Ceulaer, senior journalist bij De Morgen, die in 2017 schreef dat mannen ambitieuzer zijn dan vrouwen. “De bal is rond, de paus is katholiek, en vrouwen hebben over het algemeen minder ambitie dan mannen.” Het is een typisch voorbeeld van gedrag verklaren zonder rekening te houden met de context. Want hoe definieer je ‘ambitie’?

En als al zou blijken dat vrouwen zichzelf als minder ambitieus omschrijven, ligt dat dan enkel aan hun biologie? Zijn vrouwen van nature slappe happen met weinig drive, of speelt het feit dat zij nog geen 100 jaar toegang hebben tot alle beroepen ook een rol? Of het feit dat zij eeuwenlang geweerd werden uit besluitvorming en leidinggevende functies? Of het feit dat de maatschappij zo werd ingericht dat kinderen grootbrengen exclusief een vrouwenzaak is (zie de tien dagen vaderschapsverlof die mannen krijgen)? Deze factoren nam De Ceulaer niet mee in zijn verhaal. Hij nam een oud stukje evolutionaire psychologie over dominante mannetjes en seks als basis om een hele boude stelling te doen over de helft van de huidige wereldbevolking. Feministen die kritiek hadden op zijn beweringen vergeleek hij met moslimfundamentalisten, even rigide in hun denken.

“Blinde vlekken hebben we allemaal, maar niet iedereen heeft een even groot podium om zijn denkfouten op te etaleren.”

Het stuk deed zoals verwacht het internet ontploffen en zette links en rechts, mannen en vrouwen, feministen en mannenrechtenactivisten tegen elkaar op. Er volgde een hele reeks opiniestukken van wetenschappers die de stelling en de onderzoeksmethodes van De Ceulaer in vraag stelden en weerlegden. Maar die stukken werden maar een fractie van het aantal keer werd aangeklikt als het oorspronkelijke stuk met de sensationele titel: “Van moslims tot feministen: waarom Darwin velen zo bang maakt.” Blinde vlekken hebben we allemaal (ja, ook Darwin), maar niet iedereen heeft een even groot podium om zijn denkfouten op te etaleren.

Ook de Grote Gender Quiz liet nog maar eens zien dat we allemaal gevoelig zijn voor gendermythes. En toch stemt de uitkomst ons positief. Zoals de resultaten van de quiz duidelijk maken, hangt de generatie van onze grootouders nog het meest vast in hokjesdenken. Geen wonder: in hun tijd was het ondenkbaar dat vrouwen ooit dokter of piloot zouden kunnen worden. De generatie tieners en twintigers is op dat vlak al veel ruimdenkender. Hoe onwrikbaar ze ook lijken, hokjes worden echt wel doorbroken. Ooit was blauw een meisjeskleur. Ooit waren het mannen die hakken droegen. Ooit waren leraar en arts mannenberoepen. Cultuur verandert voortdurend – soms sneller dan onze opiniemakers.

Het volledig dossier rond gendermythes vind je hier terug.
Lees ook het interview met genderdeskundige Katrien Van der Heyde en het interview met wetenschapsjournaliste Angela Saini over gendermythes.

Illustraties via Istock

Schrijf je reactie

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen