Samenwerking

11 cijfers die alles zeggen over plastic

11 cijfers die alles zeggen over plastic

Waar komt al dat plastic vandaan? In de maand Mei Plasticvrij gaan we op zoek naar antwoorden. In deze eerste aflevering komen we aan de hand van 11 opvallende cijfers of jaartallen meer te weten over de oorsprong en omvang van plastic. “Straks gebruiken we drie keer zoveel plastic als nu. We kunnen er niet meer om heen.” Tekst: Sarah Vandoorne Foto’s: Sarah Van Looy. In samenwerking met BRITA

In de film American Beauty zien we een plastic zakje rondfladderen als een waar kunstobject. De buurjongen ziet poëzie in de witte zak die wat hulpeloos in de natuur zweeft, danst als het ware, en maakt er videobeelden van. “Sometimes there’s so much beauty in the world, I feel like I can’t take it”, vertelt hij zijn buurmeisje. Een zin waar zij – spoiler alert! – niet aan kan weerstaan en van dat ene plastic zakje komt uiteindelijk die eerste kus.

Een miljoen per minuut

In realiteit is er weinig poëtisch aan de plastic tasjes die we – jarenlang voor niks – bij elke aankoop in de supermarkt krijgen. Wereldwijd worden elke minuut meer dan een miljoen plastic zakken uitgedeeld. Per jaar is dat goed voor 1 biljoen zakjes. We gebruiken die gemiddeld een kwartier en dan verdwijnen ze in de kast, naar de vuilbak of in de natuur. Die dansende zak uit American Beauty is in principe zwerfvuil en daar hebben we jaarlijks ruim 10 miljoen ton van. Niet enkel grotere stukken plastic, zoals de tasjes, maar ook kleine deeltjes zweven door onze lucht. Hoe is het zover kunnen komen?

1866

Plastic zoals we het vandaag kennen wordt hoofdzakelijk gemaakt van aardolie. Het is immens populair sinds de jaren 50, maar werd eigenlijk al ontwikkeld in de 19e eeuw. De allereerste vorm van plastic, zo lees ik in Turning The Tide On Plastic van de Britse journalist en duurzaamheidsexpert Lucy Siegle, is gemaakt in Londen in 1866. ‘Parkesine’, zo werd het goedje genoemd, naar uitvinder Alexander Parkes. Het was een product op basis van verbindingen tussen koolstofketens van cellulose.

2 procent

“Het eerste plastic was eigenlijk een bioplastic”, verduidelijkt Karel Van Acker, professor materiaalkunde en circulaire economie aan de KU Leuven. “Plastic is een materiaalfamilie die gebaseerd is op wat de natuur voortbrengt. Dat kan op basis van biomassa, zoals soja, melk of recent ook afvalstromen. De oorspronkelijke biomassa, soja- of melkproducten, moet eerst geproduceerd worden. Dat gaat ten koste van landbouwgrond en is duur.”

Momenteel zijn slechts 2 procent van alle plastics in omloop bioplastics. “Sinds de jaren 50 is plastic vooral gemaakt op basis van aardolie. Daar is geen landbouw meer voor nodig. Dat maakt het goedkoop: je moet bij wijze van spreken maar een gat boren, olie oppompen en die olie raffineren. Dan heb je alle verbindingen die nodig zijn om er plastic van te maken.”

8 miljard ton

De lage prijs verklaart waarom plastic zo’n massaproduct geworden is. Sinds de jaren 50 produceerden we maar liefst 8 miljard ton plastic. “Het economisch aspect is daarin doorslaggevend”, zegt ook professor Van Acker. “De prijs van kunststoffen is zo laag, dat we ze allemaal massaal gaan gebruiken zijn. Daarnaast is plastic ook heel licht. Het is een product dat makkelijk is om vorm te geven.”

Professor Van Acker noemt het product ook ‘duurzaam’. “In de zin van durable, het gaat lang mee. Producten uit plastic roesten niet, ze zijn goed bestand tegen chemicaliën, moeilijk kapot te krijgen. En daar zit natuurlijk ook meteen het probleem van plastic: het breekt niet af in de natuur. Van die 8 miljard ton plastic die er sinds de jaren 50 in omloop zijn, is maar liefst 5 miljard ton op stortplaatsen terechtgekomen.”

13 procent

Storten zoals toen doen we hier in West-Europa niet meer, benadrukt professor Van Acker wel. “Ofwel recycleren we plastic, zoals de PET-flessen in de PMD, ofwel verbranden we het.” Het aandeel van recyclage is maar pover. “In Europa wordt bijna de helft (44 procent) van alle plastic ingezameld, maar slechts 13 procent wordt effectief gerecycleerd. De rest gaat naar het restafval en verdwijnt in de verbrandingsoven.”

“Als je plastic verbrandt, dan kun je de energie die erin zit opnieuw recupereren”, benadrukt professor Van Acker wel. “Je hebt natuurlijk veel CO2-uitstoot van die verbranding – zoals bij de verbranding van ‘gewone’ brandstoffen van aardolie – maar de uitstoot van zo’n product is tenminste wat uitgesteld omdat we tussendoor van die aardolie een plastic product gemaakt hebben.”

350 miljoen ton

Als 44 procent van al het Europees plastic ingezameld wordt, wil dat ook zeggen dat 56 procent niet naar een inzamelpunt gaat. Dat is niet min. “Wereldwijd gebruiken we jaarlijks 350 miljoen ton plastic”, geeft ook Colin Janssen, professor eco-toxicologie aan de UGent, een cijfer om van achterover te vallen. “Daarvan komt er telkens 5 tot 12 miljoen ton plastic in onze oceanen terecht. Per jaar! Als je dat plastic allemaal in vrachtwagens zet, en die zet je in een file, dan zou dat een file zijn die vijf keer zo lang is als het traject van Brussel naar Rome.”

334.271 stukjes plastic

Die vracht komt bovenop het plastic dat er al was, omdat plastic moeilijk tot niet afbreekt. Dat vormt een drijvende brei aan plastic soep in onze oceanen, die niet van plan is om (snel) te verdwijnen. De plastic brei vormt geen drijvend eiland van plastic, zoals velen denken, maar er zijn wel grote roterende stromingen, gyres genoemd, met een sterk verhoogde concentratie van plastic deeltjes per vierkante kilometer. In de zeestroming met de hoogste concentratie, de North Pacific Gyre in de Grote Oceaan, vind je tot 334.271 stukjes plastic per vierkante kilometer terug.

600 jaar

“Plastic blijft in ons milieu”, weet professor Janssen. “Hoe lang het nodig heeft om af te breken, hangt af van het soort plastic en kan variëren tussen enkele jaren en 600 jaar. Tenminste, dit zijn de schattingen, want we gebruiken plastic maar massaal sinds de jaren 50, dus we kunnen niet weten hoe plastic er over 100 of 500 jaar uitziet.”

Professor Janssen wijst erop dat veel ook afhangt van je definitie van afbreken. “Grote stukken plastic kunnen afbrokkelen tot kleinere stukken plastic. Die vormen uiteindelijk microplastics, kleine plasticdeeltjes die je nu overal in de natuur terugvindt.” 

280 vezels per vierkante meter

De plastic soep in gyres is nog maar het topje van de ijsberg. “Kunststoffen zinken en zijn te vinden op de bodem van de meest afgelegen plekken in de oceaan”, zegt professor Van Acker. En daar blijft het niet bij. Te land, ter zee en in de lucht: we ademen plastic zelfs in, zo blijkt uit onderzoek. “Volgens een rapport van de Europese Commissie dwarrelen er tot 280 plastic vezels per vierkante meter lucht.”

40 kilogram

De gevolgen van zoveel plastic zijn desastreus voor onze leefomgeving, zo bleek toen onlangs een walvis met 40 kilogram plastic in zijn maag aanspoelde op de Filippijnen. “Groot plastic geeft problemen bij grote dieren”, legde professor Janssen daarover eerder uit. “Ze verwarren plastic met voedsel en krijgen problemen met hun maag-darmstelsel. Zo kunnen ze uiteindelijk niet meer eten en sterven ze. Klein plastic geeft hetzelfde effect bij kleine dieren, zoals plankton, wormen en schelpen. Ook zij kunnen minder eten, hebben minder energie, groeien of reproduceren minder. Zo wordt de basis van onze voedselketen, en alle dieren die daarvan afhankelijk zijn, negatief beïnvloed.”

“We krijgen dus kleine deeltjes plastic binnen, of het nu via de lucht of door het eten op ons bord is.”

We krijgen dus kleine deeltjes plastic binnen, of het nu via de lucht of door het eten op ons bord is. Plastic zal zo niet enkel in de maag van die ene onfortuinlijke walvis terechtkomen, maar ook in de onze. “Wat voor invloed dat heeft op onze gezondheid, daar hebben we momenteel het raden naar”, zegt professor Janssen. “Een aantal medische groepen zijn dat nu aan het onderzoeken. Ze kijken onder meer of dat plastic vanuit de darmen naar het onderliggend weefsel gaat. De studies die daar tot nu toe rond gerapporteerd zijn, spreken van een grote onzekerheid. Het is nog te vroeg om conclusies te trekken.”

2050

Alle nadelen en gezondheidsvragen ten spijt, blijft plastic heel populair. Tegen 2050 zouden we 1000 miljard ton per jaar produceren, een verdriedubbeling van de hoeveelheid plastic die we nu jaarlijks gebruiken. “De consumptie zal enkel maar toenemen”, zegt professor Van Acker. “We zijn met steeds meer en in landen als China en India stijgt de welvaart.”

Volgens professor Van Acker kunnen we niet meer zonder plastic. En dat is niet per se negatief, vindt hij. “Alle plastic zomaar bannen, dat hoeft niet voor mij. Plastic verpakkingen hebben een enorme impact op het milieu, maar ze hebben ook een groot voordeel: veel etenswaren zullen beter bewaren door die verpakking. Ook in andere sectoren dan de voedselindustrie kunnen we niet om plastics heen. Stel je voor dat autoproducenten geen plastic meer zouden gebruiken. Dan zouden auto’s veel zwaarder zijn en zou het ook veel meer energie kosten om ermee te rijden.”

“Als consument kunnen we veel doen, maar het is niet aan de consument om alles te weten of te begrijpen.”

“We gaan plastic blijven gebruiken, we moeten alleen beter nadenken over dat gebruik”, concludeert de prof. Hij geeft enkele praktische tips. “Kies voor producten die je kunt hergebruiken. Die mogen gerust van plastic zijn, zolang je ze maar blijft gebruiken en recycleert mochten ze ooit kapot gaan. Mijd single use plastics zoals plastic zakjes of bekertjes. Vermijd het gebruik van kunststoffen op plaatsen waar ze gemakkelijk in de natuur terechtkomen. Laat geen plastic rondslingeren.”

“Als consument kunnen we veel doen, maar het is niet aan de consument om alles te weten of te begrijpen”, geeft professor Van Acker nog mee. “Die verantwoordelijkheid ligt bij de overheden en designers van morgen. Het is aan onze overheid om beter de afvalverwerking te controleren. En aan designers om materialen en verpakkingen te ontwerpen die circulair zijn, niet gericht op wegwerp.”

Fotografe Sarah Van Looy ging op bezoek bij het Whale and Dolphin Conservation centrum in Schotland en zag met eigen ogen hoe de gigantische hoeveelheden plastic in zee een grote invloed hebben op de gezondheid van zeedieren en dus op het ecosysteem. Bekijk hier de fotoreportage.
Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met BRITA. Charlie werkt samen met merken die we leuk vinden. Zo helpen we elkaar vooruit. BRITA is een fabrikant van waterfilters. Het zuivert de smaak van kraantjeswater al sinds 1966. Dat doet het aan de hand van recycleerbare filters in waterkannen en flessen. Zo wil het een alternatief bieden op flessenwater. Eens je filter opgebruikt is, kan je die inzamelen. De inhoud van de filters, ionenwisselaar van kunsthars en actieve kool, gaat BRITA van elkaar scheiden en hergebruiken. De ionenwisselaar gaat het zelf verwerken om nieuwe filters van te maken. Elk jaar hergebruikt BRITA meer dan 2000 kubieke meter kunsthars van meer dan 4 miljoen filters. De actieve kool kan ook hergebruikt worden, bijvoorbeeld om afvalwater te zuiveren. De filterhoesjes zelf, die in plastic zijn, zal BRITA verpulveren en op de markt brengen als nieuwe grondstof. Zo gaat niks van de ingezamelde filters verloren.

Schrijf je reactie

4 reacties
  • Marysse says:

    allemaal leuk en waar, maar wat heeft dat met West-Europe / België te maken??
    Kan men niet beter aan de bron van het kwaad optreden? ==> en dat is niet de productie ervan maar wel wie het sluikstort o.a. . Een kleine navraag bij de Belgische Recyclagebedrijven, na al ons gesorteerd materiaal schiet er niks meer over om in de oceaan te smijten! welke landen dumpen dat dan in de zeeen? derde landen of Oost-Europese landen, en wat doet men daaraan ?? de prijs van de consument en de productie moet men niet gaan afstraffen in België….
    Durft men daar op antwoorden aub? Hoe komt die vracht op het schip en wat met de ladingspapieren land van oorsprong en bestemming, enz u begrijpt me , toch?

  • Gertje says:

    Dag meneer ik vind dit zeer moeilijk want ik ben dom 😉

  • Claude Cottyn says:

    Interessant artikel. Maar hoe meet je een “vierkante meter lucht”? Moet dit geen “kubieke meter lucht” zijn? Als ik zo’n onduidelijkheden merk in een “wetenschappelijk” artikel, dan stel ik mij vragen bij de verdere correctheid van de info.

    • Sarah Vandoorne says:

      Beste Claude,

      Dankjewel voor je vraag. Ik had het zelf ook even gedubbelcheckt of het niet kubieke meter was toen ik aan het schrijven was, maar vierkante meter was wat professor Van Acker zei en ook wat ik in bronnen terugvond.

      Ik heb nu nog wat extra uitleg gevraagd: “Met de vierkante meter is eigenlijk bedoeld dat er per vierkante meter landoppervlak zoveel deeltjes uit de lucht neervallen – dat zijn dus niet de zwevende deeltjes in de lucht, wel wat gevonden wordt na een bepaalde tijd op de grond.” Professor Van Acker verwijst hiervoor naar het “A circular economy for plastics”-rapport van de Europese Commissie. Die publicatie kan je inkijken via deze link:

      https://publications.europa.eu/en/publication-detail/-/publication/33251cf9-3b0b-11e9-8d04-01aa75ed71a1/language-en/format-PDF/source-87705298

      Veel groeten,
      Sarah

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen