Interview

“Sommige media in Vlaanderen hebben nood aan kritische zelfreflectie”

10 vragen aan twintigers over de toekomst van de journalistiek

“Sommige media in Vlaanderen hebben nood aan kritische zelfreflectie”

Terwijl de debatten over de toekomst van de media vaak gevoerd worden door Belangrijke Mijnheren in nette pakken, willen wij de vraag graag stellen aan de volgende generatie: meisjes en jongens die gebeten zijn door nieuws en media en geen wereld kennen zonder internet. Van een pas afgestudeerde student journalistiek tot de jongste hoofdredacteur van Vlaanderen. Vandaag aspirant-journalist Yorick Dupon

Yorick Dupon (21) is student Geschiedenis en redacteur bij Geekster

1. Welke kranten & magazines lees je? Kijk je tv, luister je radio?
Yorick Dupon: “Als de vieze, vuile Millennial die ik ben lees ik geen kranten of magazines. Ik luister bijna nooit naar de radio en eigenlijk zit ik enkel voor de televisie als het journaal op staat. De actualiteit volg ik door naar nieuwswebsites te surfen: De Morgen, De Redactie en The New York Times hebben mijn voorkeur voor algemeen nieuws. Als techblogger schuim ik gewoonlijk enkele subreddits op Reddit af voor de laatste nieuwe dingen en open ik regelmatig The Verge. Ik luister ook erg vaak podcasts en voor video ga ik gewoonlijk naar Netflix en YouTube in plaats van naar klassieke televisiezenders.”

2. Hoe lees je ze (op papier, tablet, smartphone, desktop)? En waar (trein, wc, in de zetel…)?
“Ik wissel af tussen mijn smartphone en laptop, afhankelijk van de situatie. Overal waar ik mijn laptop kan aanzetten, van koffiebar tot m’n bureau, lees ik artikels bij de vleet. Onderweg met de trein, fiets of te voet luister ik het liefst naar podcasts en soms eens muziek op Spotify. Graag luister ik naar een mix van podcasts over technologie zoals Vergecast en Gadget Lab Podcast of iets bredere thema’s zoals Radiolab en 99% Invisible. Een papieren krant lees ik bijna nooit, behalve die ene keer dat ik er één kocht om de uitstekende journalistiek van Sam Feys te steunen. Dat was enorm onhandig om onderweg te lezen.”

Een papieren krant lees ik bijna nooit, behalve die ene keer. Dat was enorm onhandig om onderweg te lezen.

3. Betaal je voor media en zo ja, waarvoor en hoeveel?
“Omdat ik slechts een arme student ben, veranderen de media waarvoor ik betaal regelmatig. De enige twee waarvoor ik elke maand geld neerleg zijn Spotify en mijn digitaal abonnement op The New York Times. Respectievelijk kosten ze 10 en 5,50 euro. Daarnaast betaal ik voor Netflix als er enkele goede series zijn en ik tijd heb om ze te bekijken. Daarvoor neem ik het standaardabonnement van tien euro per maand. Voor podcasts hoef ik niet te betalen, al kocht ik wel de Android app Pocket Casts voor drie euro, de investering meer dan waard. Al de rest lees ik gratis. Ik zou graag abonnementen hebben op Apache, De Correspondent en natuurlijk ook Charlie Magazine, maar dat is momenteel voor mij niet te betalen.”

4. Wat mis je zelf in het aanbod?
“Waar sommige media in Vlaanderen dringend nood aan hebben is een stevige portie kritische zelfreflectie. Vaak krijg ik de indruk dat de ontwikkelingen in het buitenland gewoon worden achterna gehold zonder na te denken. Het clickbait-fenomeen is daar een goed voorbeeld van. Als je de titel van je artikel zodanig schrijft dat je niet het hele verhaal krijgt tenzij je doorklikt, wekt dat irritatie op. Laat het gewoon stoppen. Ik begrijp perfect dat clickbait werkt en op dit moment voor meer bezoekers zorgt, maar op lange termijn gaat het echter veel bedrijven nekken, volgens mij. Wie gaat er nog klikken op zulke titels na jarenlang om de tuin te zijn geleid? Ook mag er soms wat meer nagedacht worden over het verspreiden van geruchten en omgaan met speculatie. Is het het waard om zo snel mogelijk zo veel mogelijk bezoekers te scoren met informatie die misschien niet klopt?”

“Met de lokale berichtgeving zou ook veel meer kunnen gebeuren. Dat Jeannette van de Torenstraat 34 een nieuwe kat heeft interesseert niemand, maar tegelijkertijd wordt er door lokale politici geld uitgegeven zonder dat daar een haan naar kraait. Wat Apache doet rond Land Invest is uitstekend, maar ook jammer dat ze ervoor voor de rechter worden gesleept. Ik durf ervoor te wedden dat er ook in andere steden en op andere niveaus dingen gebeuren die het daglicht niet mogen zien. Daar mag dus eens naar gegraven worden.”

Ik begrijp perfect dat clickbait werkt en op dit moment voor meer bezoekers zorgt, maar op lange termijn gaat het veel bedrijven nekken.

5. Wanneer is media op z’n best? Welke nieuwe ontwikkelingen maken jou enthousiast? Welke nieuwe vertelvormen zijn het helemaal?
“Ik ga er hier niet voor pleiten om bij elk artikel een video te produceren of een cool webdesign te bouwen, maar dat zijn de momenten waarop online wordt getoond hoe goed de media kan zijn. Waar het nuttig is om gebruik te maken van nieuwe snufjes, moet er dan ook op worden ingezet. Het kan echt iets aan het verhaal bijbrengen. Interactieve grafieken die uitleg geven die je met tekst niet zou kunnen, maar ook kortere artikels die razendsnel laden en zo het laatste nieuws brengen, maken mij echt dolenthousiast.”

“In Vlaanderen kan er ook veel meer worden ingezet op audio. Podcasts kunnen helpen om uit te wijden over onderwerpen die beter werken in gespreksvorm. Radiolab van de publieke radio in New York is daar een goed voorbeeld van. Zij brengen uitstekende verhalen, praten met verschillende experts en verruimen zo je wereld. Allemaal prachtig gemonteerd en een plezier om naar te luisteren. De emotie die achter sommige verhalen schuilt, kan je bijna niet anders overbrengen dan met geluid.”

6. Hoe zie jij het gebruik van media evolueren? Gaan we in de toekomst allemaal betalen voor online media? Is print dood?
“Ik hoop oprecht dat print naast online media blijft bestaan. Soms gaat er echt niets boven het lezen van een lang artikel gedrukt op papier. Ik ben er daarentegen wel van overtuigd dat kranten en magazines zich meer gaan moeten specialiseren om te overleven. Als je nu naar de winkel stapt om een krant te kopen, is er weinig ‘nieuw’ nieuws, omdat het meeste al op het internet stond. De kranten en magazines gaan dus meer moeten evolueren naar een curatie van de beste stukken van de afgelopen 24 uur.”

“Of we in de toekomst allemaal gaan betalen voor online media, zoals de mensen bij Blendle het graag zouden zien, hangt van verschillende factoren af. De reden dat de media momenteel neigen naar betalen via abonnementen of per artikel is omdat de inkomsten uit advertenties de afgelopen jaren gekelderd zijn. Of dat zo zal blijven is een vraag voor mensen met meer verstand van de digitale economie, maar het lijkt me in ieder geval geen slecht idee om niet volledig afhankelijk te blijven van reclame-inkomsten. Zullen ook in Vlaanderen steeds meer bedrijven alternatieve inkomstenbronnen zoeken, zoals events organiseren of voedselboxen verkopen? Dat zal de toekomst uitwijzen.”

Printmedia worden gesteund zonder dat bedrijven die enkel online werken dezelfde voordelen genieten.

7. Welke rol heeft de overheid in het ondersteunen of controleren van media?
“De overheid zou nooit ofte nimmer mogen controleren wat de media doen. Eén van de functies van de media is net het controleren van de politiek. Natuurlijk moeten er wel wetten zijn, en een onafhankelijk orgaan dat er op toeziet dat wat er online, in kranten en in magazines verschijnt binnen de normen van het fatsoen valt en geen leugens bevat. Op dit moment ziet dat er best goed uit.”

“Het steunen van media in Vlaanderen daarentegen, daar loopt er wel wat fout. Idealiter heb je een landschap waarin iedereen geholpen wordt waar nodig, en geen enkele speler overdreven wordt bevoordeeld. Toch krijgt de VRT enorm veel geld en worden printmedia gesteund zonder dat bedrijven die enkel online werken dezelfde voordelen genieten. Dat verklaart mee waarom België volgens Reporters Without Borders veel beter zou kunnen scoren op de Press Freedom Index.

8. Hoe zie jij de interactie tussen lezer en medium het liefst – welke vormen gaat dit aannemen denk je? Betrek je je lezers bij je artikels en zo ja, hoe?
“Het beste voorbeeld van hoe media de voordelen van het internet kunnen gebruiken om hun lezers meer te betrekken is volgens mij De Correspondent. Mensen uitnodigen om te helpen met hun persoonlijke expertise, actief in gesprek gaan in de comments, dat zijn dingen die elke journalist zou moeten doen. Dat hoeft niet per se op de site zelf, ook op sociale media kan dat goed werken.”

“Zelf probeer ik dat ook zoveel mogelijk te doen, vooral op Twitter. Elke vraag die ik krijg probeer ik goed te beantwoorden, ook al is het de honderdste keer dat iemand vraagt welke smartphone hij/zij moet kopen. Ik ben er zelf nog niet de beste in, maar een goede community manager kan erg veel doen voor je website. Iets wat veel online media lijken te onderschatten.”

De jonge webredacteur die schrijft over de nieuwste meme kan iets leren van de ervaren rot die al 30 jaar over de Belgische politiek schrijft.

9. Wat zou jij doen als je eindbaas was van een krant of mediahuis?
“Ik zou om te beginnen een stevig social media team uitbouwen dat ervoor zorgt dat de juiste artikels op de juiste plaats terechtkomen. Dat team moet dan ook in gesprek gaan met de lezers, trends in het oog houden om te beslissen wat het bedrijf ermee kan doen en ook de eigen strategie constant analyseren om er zelf beter van te worden.”

“Ook een team van webontwikkelaars voor het hele bedrijf en enkele ontwikkelaars voor elke site apart moeten in actie schieten. Zij zullen de websites moeten moderniseren, sneller maken en klaar voor de uitdagingen van de toekomst. Maar ook alles wat je niet ziet, de systemen waarin journalisten werken om hun stukken te publiceren, moeten zo zijn gemaakt dat ze het de journalisten gemakkelijker maken.”

“En als het bedrijf nog een krant uitgeeft zou ik het team dat daarmee bezig is zo nauw mogelijk laten samenwerken met het team dat online werkt, zodat ze elkaar helpen en verrijken. De jonge webredacteur die schrijft over de nieuwste meme kan sowieso iets leren van de ervaren rot die al 30 jaar over de Belgische politiek schrijft.”

10. Jouw estafettevraag van de vorige in de rubriek (Mayke Blok, mediastrateeg bij De Correspondent): Wie is jouw grote inspiratiebron in de mediawereld en waarom?
“Vlad Savov van technologiewebsite The Verge is de persoon waar ik het meest naar opkijk. Hij schrijft regelmatig opiniestukken waarin hij de ontwikkelingen in de techindustrie net op een andere manier bekijkt, waardoor hij breekt met wat alle andere journalisten schrijven. Hij neemt geen blad voor de mond en dat is iets dat ik apprecieer. De wereld kan meer mensen zoals hij gebruiken.”

En dan nog de bonusvraag! Volgende week is onze chef redactie Selma Franssen aan de beurt. Wat zou je haar willen vragen?
“Wat hoop je met Charlie Magazine te veranderen aan het medialandschap in Vlaanderen?”

 

Lees hier alle interviews in de reeks Jonge Mediamakers

Schrijf je reactie

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen